Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
§4.5 - Rekenen aan reacties
§4.5 Rekenen aan reacties
1 / 22
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Scheikunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
In deze les zitten
22 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
2 videos
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
§4.5 Rekenen aan reacties
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoel
- Je kunt de molverhouding uit een reactievergelijking halen.
- Je kunt rekenen met de molverhouding, waarbij je ook weer het rekenschema toepast.
Slide 2 - Tekstslide
Berekeningen
Slide 3 - Tekstslide
De molverhouding
De verhouding waarin moleculen met elkaar reageren, kun je uit de reactievergelijking halen. Hiervoor heb je een kloppende reactievergelijking nodig!
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Hoeveel weegt 1 mol?
Voorbeeld:
1 mol
H
(waterstof) weegt 1 gram
1 mol (waterstofgas) weegt 2 gram
1 mol
O
(zuurstof) weegt 16 gram
1 mol weegt 32 gram
H
2
O
2
Slide 6 - Tekstslide
Hoeveel weegt 2 mol suiker?
2 mol:
C
1
2
H
2
2
O
1
1
1
2
⋅
1
2
+
2
2
⋅
1
+
1
1
⋅
1
6
=
3
4
2
g
/
m
o
l
3
4
2
⋅
2
=
6
8
4
g
r
a
m
Slide 7 - Tekstslide
Molverhouding
C
6
H
12
O
6
(s) + 6 O
2
(g) --> 6 CO
2
(g) + 6 H
2
O (l)
Voor de verbranding van 1 mol glucose is 6 mol zuurstof nodig, en dat levert 6 mol koolstofdioxide en 6 mol water op.
De
molecuulverhouding
is 1:6:6:6 is de
molverhouding
Slide 8 - Tekstslide
Oefenen
Samen voorbeeldopgave 7
Slide 9 - Tekstslide
Bereken hoeveel gram 4 mol CH4 weegt.
Slide 10 - Open vraag
Hoeveel mol is 5 gram ammoniak?
Slide 11 - Open vraag
Bereken hoeveel mol zuurstof heb je nodig als er 5 mol ijzer wordt verbrandt?
4
F
e
+
3
O
2
−
>
2
F
e
2
O
3
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Video
De molverhouding
De verhouding waarin moleculen met elkaar reageren, kun je uit de reactievergelijking halen. Hiervoor heb je een kloppende reactievergelijking nodig!
Slide 14 - Tekstslide
Molverhouding
C
6
H
12
O
6
(s) + 6 O
2
(g) --> 6 CO
2
(g) + 6 H
2
O (l)
Voor de verbranding van 1 mol glucose is 6 mol zuurstof nodig, en dat levert 6 mol koolstofdioxide en 6 mol water op.
De
molecuulverhouding
is 1:6:6:6 is de
molverhouding
Slide 15 - Tekstslide
Oefenen, oefenen en oefenen!
Slide 16 - Tekstslide
Bereken hoeveel mol zuurstof er nodig is om 24 mol koolstof te laten verbranden?
2
C
+
O
2
−
>
2
C
O
Slide 17 - Open vraag
Bereken de molverhouding van de volgende reactievergelijking:
..C2H8O2 + ..O2 --> ..CO2 + ..H2O
Slide 18 - Open vraag
Bereken hoeveel gram propaan (C3H8) er nodig is bij een verbranding, als er 10 gram water moet ontstaan.
Slide 19 - Open vraag
Bereken hoeveel gram koolstofdioxide er ontstaat bij een verbranding van propaan als er 10 gram water moet ontstaan.
Slide 20 - Open vraag
Bereken hoeveel gram zoutzuur er nodig is bij een reactie met ammoniak, als er 15 gram salmiak moet ontstaan. (HCl + NH3 --> NH4Cl)
Slide 21 - Open vraag
Aan de slag
Maak paragraaf 4.5 + de oefenbladen uit de studiewijzer (kijk bij HD 4)
Kijk de extra filmpjes in de studiewijzer!
Slide 22 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
4,4-4,5 ( Massa en rekenen aan reactie)
Maart 2021
- Les met
41 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
rekenen met mol
Februari 2021
- Les met
29 slides
Nask / Techniek
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3-6
mol les 2
December 2019
- Les met
33 slides
Nask / Techniek
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3-6
mol les 2 (inclusief toets)
Maart 2024
- Les met
38 slides
Nask / Techniek
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3-6
rekenen met mol (herhalen)
Maart 2024
- Les met
27 slides
Nask / Techniek
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3-6
5H herhaling RV rekenen
September 2023
- Les met
27 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4,5
1.4 rekenen aan reacties
Oktober 2024
- Les met
34 slides
Scheikunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.3 Massa
Maart 2024
- Les met
11 slides
Scheikunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3