periode 4

periode 4
Encore 16-20: le verbe
Tu Dis: 7 & 8: l' école & manger - boire
Mômes: 3 textes
Leesdossier:  poésie

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

periode 4
Encore 16-20: le verbe
Tu Dis: 7 & 8: l' école & manger - boire
Mômes: 3 textes
Leesdossier:  poésie

Slide 1 - Tekstslide

les cours du 6 & 7 février
1. test de la semaine de test
2. Encore 16
3. Tu Dis

Slide 2 - Tekstslide

les cours du 13 & 14 février
1. Encore 17 ( et 16)
2. Ecoute Cito
3. Tu Dis 7.1 + 7.2: woordjes fa-ne, zinnen A: ne-fa

Slide 3 - Tekstslide

Entre les murs

Slide 4 - Tekstslide

Les cours du 5 et 6 mars
Encore:  18, de être regel
Mômes:  street art
Tu Dis: 7.2

Slide 5 - Tekstslide

De être regel
  • In de passé composé heb je een hulpwerkwoord nodig:
  • bijv. j' ai fini, j'ai vendu, j' ai parlé
  •  eigenlijk altijd is het ' avoir'  (net als in het Nederlands)

in een paar gevallen ( 14 werkwoorden)  gebruik je 'être'.
monter + descendre, aller + venir, arriver + partir, rentrer + retourner, tomber, rester, entrer + sortir, naître + mourir


Slide 6 - Tekstslide

Hoe onthouden?
  • Het zijn werkwoorden die in het Nederlands ook met 'zijn' gaan: 

  • ik ben gevallen, je suis tombé
  •  ik ben gegaan:  je suis allé
  • ik ben vertrokken: je suis parti

Slide 7 - Tekstslide

Hoe onthouden? De Maartentruc
Monter - descendre.                  naar boven gaan - dalen
Arriver - partir                               aankomen - vertrekken
Aller - venir                                    gaan - komen
Rentrer - retourner                    naar huis gaan - terugkeren
Tomber - rester                            vallen - blijven
Entrer - sortir                                ingaan - uitgaan
Naître - mourir                             geboren worden - sterven

Slide 8 - Tekstslide

Maar er is meer;
Het voltooid deelwoord met être vervoegd past zich aan aan het  onderwerp

je suis arrivé, tu es arrivé, il est arrivé, elle est arrivée
nous sommes arrivés, vous êtes arrivé(s), ils sont arrivés, elles sont arrivées

Slide 9 - Tekstslide

Schrijf een  verhaaltje in de passé composé
met 5 werkwoorden met avoir
 en 5 werkwoorden met met être

Slide 10 - Tekstslide

Tu Dis 7.2
Spreekbingo:   zorg dat je alle vragen een keer gesteld hebt en dat je alle antwoorden een keer gegeven hebt. Ga voor een volle kaart!

Slide 11 - Tekstslide

Street art
Le voca 
La structure: dessine la structure du texte

Slide 12 - Tekstslide

les cours du 19 et 20 mars

Slide 13 - Tekstslide

Les cours du 2 avril
Encore verbes irréguliers 1-10
Un jour un actu
Poésie
https://dictee.orthodidacte.com/dictee/dictee-fle-A2-3-AFPP-touraine-france/contenu/

Slide 14 - Tekstslide

le cours du 3 avril

Slide 15 - Tekstslide

Les cours du 9 avril
https://rebus.club
Maak een rebus en stuur hem naar: Bri@gsr.nl

Poésie

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

Le cours du 10 avril
1 jour un actu
Rébus
Encore: ww 9 - 15, oefenen met verbuga in présent en passé composé
Encore: test jezelf door testjes maken in Learnbeat 
Waar zitten nog vragen?
oefenen met Verbuga!!!

Slide 18 - Tekstslide

verbuga
1. Klik de werkwoorden aan:
connaitre, croire, dire, partir, savoir, venir, voir
2. Oefen per tijd - dus eerst de présent dan de passé composé 

Slide 19 - Tekstslide