Leg uit aan de hand van een voorbeeld wat een VAL - en VAS activiteit is.
Leg uit wat eenmalige verpakkingen zijn en geef een voorbeeld.
Leg uit wat meermalige verpakkingen zijn en geef een voorbeeld.
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
LogistiekMBOStudiejaar 2
In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
3.5 VAS- en VAL-activiteiten
Leervragen:
Leg uit aan de hand van een voorbeeld wat een VAL - en VAS activiteit is.
Leg uit wat eenmalige verpakkingen zijn en geef een voorbeeld.
Leg uit wat meermalige verpakkingen zijn en geef een voorbeeld.
Slide 1 - Tekstslide
3.5 VAL
VAL betekent: Value Added Logisticks
Voorbeelden van Val zijn: dozen ompakken op pallets, retouren verwerken.
Een etiket erop met de logo van het bedrijf
VAL zorgt voor meer efficiëntie in het logistiek proces.
Slide 2 - Tekstslide
3.5 VAS
VAS betekent: Value Added Services Voorbeelden van VAS zijn: kwaliteitscontroles, documentbeheer
zorgen voor speciale verkoopacties voor een klant
VAS hierbij voeg je waarde toe aan het product.
Voorbeeld: een kaartje met een bedankje voor de aankoop.
Een kaartje met uitleg over hoe je een product kunt gebruiken.
Slide 3 - Tekstslide
Wat zijn voorbeelden van VAS-activiteiten?
A
ompakken
B
etiketteren
C
sorteren
D
verwerken van retouren
Slide 4 - Quizvraag
Wat zijn voorbeelden van VAL-activiteiten?
A
Artikelen samenvoegen
B
Artikelen ompakken van containers naar pallets
C
Handleiding toevoegen
D
Verwerken van retouren
Slide 5 - Quizvraag
Reverse logistics
Reverse logistics ( Retourlogistiek)
Dit is een onderdeel van de de logistiek dat zich bezighoudt met producten die worden teruggestuurd en weer in het magazijn komen.
Voorbeelden hiervan zijn: verkeerd besteld artikel, artikel dat moet worden gerepareerd , emballage.
Slide 6 - Tekstslide
Het bedrijf zet de emballage klaar. Met welk deelgebied heb ik te maken?
A
Inkooplogistiek
B
Productielogistiek
C
Distributielogistiek
D
Retourlogistiek
Slide 7 - Quizvraag
wat is een éénmalige verpakking
Slide 8 - Open vraag
Eenmalige en meermalige verpakkingen
In een magazijn heb je te maken met verschillende soorten verpakkingen:
Eenmalige verpakking kun je één keer gebruiken, een product dat in plastic is verpakt.
Meermalige verpakkingen gebruik je vaker, producten die in kratten, bakken zitten.
Slide 9 - Tekstslide
Hier zien wij een stapelbak. Dit is een:
A
Eenmalige verpakking
B
Consumentenverpakking
C
Meermalige verpakking
D
Geen verpakking
Slide 10 - Quizvraag
Groente en fruitbakjes zijn een voorbeeld van
A
eenmalige verpakking
B
emballage
C
geen van beide
Slide 11 - Quizvraag
3.6 Controle van uitgaande goederen.
Slide 12 - Tekstslide
3.6 Controle van de goederen
Bij verzendklaar maken van goederen hoort een eind controle.
De goederen die afgeleverd worden mogen niet beschadigd zijn.
Het is belangrijk dat de goederen niet snel over de datum gaan.
Als dit wel gebeurt kunnen de goederen niet aan de klant worden geleverd.
De klanten hebben dan gelijk te maken met derving.
Slide 13 - Tekstslide
goederen controle
Slide 14 - Tekstslide
UCD en UVD
UCD betekent uiterste consumptiedatum.
Op een product staat UCD: 21-10-2023.
Dit betekent dat je dit product op deze datum nog veilig kunt gebruiken.
UVD betekent uiterste verkoopdatum.
Dit is de uiterste datum waarop het product verkocht mag worden.
Slide 15 - Tekstslide
Controle op houdbaarheidsdatum (THT/TGT)
Op verpakkingen kunnen 2 soorten houdbaarheidsdatums staan:
Ten minste Houdbaar Tot-datum (THT) of Te Gebruiken Tot-datum (TGT).
Slide 16 - Tekstslide
THT is.....
A
Te Gebruiken Tot
B
Tijd Houd Tot
C
Tot Houdbaar Tijd
D
Tenminste Houdbaar Tot
Slide 17 - Quizvraag
Wat betekent TGT
A
Te gebruiken tot
B
Tenminste goed tot
C
Tenminste gebruiken tot
Slide 18 - Quizvraag
TGT
THT
Slide 19 - Sleepvraag
3.7 Goederen stapelen / vastzetten
Slide 20 - Tekstslide
3.7 Goederen stapelen / vastzetten
Je kunt de goederen op twee manieren stapelen:
1. In verband stapelen: Je stapelt de dozen met goederen half op elkaar.
2. Blokstapelen: Je stapelt dozen op elkaar in rijtjes.
Slide 21 - Tekstslide
In verband stapelen
Slide 22 - Tekstslide
Blokstapelen
Slide 23 - Tekstslide
3.7 Stapelen en Vastzetten van goederen
Je kunt de goederen die gestapeld zijn vastzetten op verschillende manieren:
Omsnoeren:
Slide 24 - Tekstslide
Krimpverpakkingen
Slide 25 - Tekstslide
Rekwikkelverpakking
Slide 26 - Tekstslide
Rekwikkelverpakken
Je wikkelt de lading van de pallet met rekwikkelfolie in.
Tijdens het omwikkelen van de lading rekt het folie uit, maar krimt daarna weer terug. Dit duurt ongeveer 24 uur. Rekwikkelen is goedkoper dan krimpverpakken.
Slide 27 - Tekstslide
Sealen
Slide 28 - Tekstslide
Opdrachten maken
Opdrachten : 28 t/m 36
Slide 29 - Tekstslide
3.7 Leervragen
LEG DE VOLGENDE BEGRIPPEN / AFKORTINGEN UIT:
THT, TGT, UCD en UVD
1. Maak een tekening van : in verband stapelen.
2. Maak een tekening van: blokstapelen.
Je kunt goederen op verschillende manieren vastzetten.
Noem drie manieren en omschrijf ze.
Slide 30 - Tekstslide
3.5 VAS- en VAL-activiteiten
Leervragen:
Leg uit aan de hand van een voorbeeld wat een VAL - en VAS activiteit is.
Leg uit wat eenmalige verpakkingen zijn en geef een voorbeeld.
Leg uit wat meermalige verpakkingen zijn en geef een voorbeeld.
Slide 31 - Tekstslide
3.5 VAL
VAL betekent: Value Added Logisticks
Voorbeelden van Val zijn: dozen ompakken op pallets, retouren verwerken.
Een etiket erop met de logo van het bedrijf
VAL zorgt voor meer efficiëntie in het logistiek proces.
Slide 32 - Tekstslide
3.5 VAS
VAS betekent: Value Added Services Voorbeelden van VAS zijn: kwaliteitscontroles, documentbeheer
zorgen voor speciale verkoopacties voor een klant
VAS hierbij voeg je waarde toe aan het product.
Voorbeeld: een kaartje met een bedankje voor de aankoop.
Een kaartje met uitleg over hoe je een product kunt gebruiken.
Slide 33 - Tekstslide
Wat zijn voorbeelden van VAS-activiteiten?
A
ompakken
B
etiketteren
C
sorteren
D
verwerken van retouren
Slide 34 - Quizvraag
Wat zijn voorbeelden van VAL-activiteiten?
A
Artikelen samenvoegen
B
Artikelen ompakken van containers naar pallets
C
Handleiding toevoegen
D
Verwerken van retouren
Slide 35 - Quizvraag
Reverse logistics
Reverse logistics ( Retourlogistiek)
Dit is een onderdeel van de de logistiek dat zich bezighoudt met producten die worden teruggestuurd en weer in het magazijn komen.
Voorbeelden hiervan zijn: verkeerd besteld artikel, artikel dat moet worden gerepareerd , emballage.
Slide 36 - Tekstslide
Het bedrijf zet de emballage klaar. Met welk deelgebied heb ik te maken?
A
Inkooplogistiek
B
Productielogistiek
C
Distributielogistiek
D
Retourlogistiek
Slide 37 - Quizvraag
wat is een éénmalige verpakking
Slide 38 - Open vraag
Eenmalige en meermalige verpakkingen
In een magazijn heb je te maken met verschillende soorten verpakkingen:
Eenmalige verpakking kun je één keer gebruiken, een product dat in plastic is verpakt.
Meermalige verpakkingen gebruik je vaker, producten die in kratten, bakken zitten.