AGZ oefenen H3 De werkomgeving verzorgen
In welke categorie valt 'de koelkast ontdooien en schoonmaken'.
A
Dagelijkse werkzaamheden
B
Wekelijkse werkzaamheden
C
Periodieke werkzaamheden
D
Jaarlijkse werkzaamheden
1 / 12
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
In welke categorie valt 'de koelkast ontdooien en schoonmaken'.
A
Dagelijkse werkzaamheden
B
Wekelijkse werkzaamheden
C
Periodieke werkzaamheden
D
Jaarlijkse werkzaamheden
Slide 1 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Reinigen verhoogt het aantal micro-organismen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 2 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Als materialen alleen in contact komen met de intact huid, is reiniging voldoende
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is geen kenmerk van
micro-organismen?
micro-organismen?
A
Ze zijn schadelijk voor de gezondheid
B
Je kunt ze met het blote oog zien
C
Een voorbeeld is een schimmel
D
Een voorbeeld is een bacterie
Slide 4 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noem je het verwijderen van zichtbaar vuil?
A
Chemisch desinfecteren
B
Reinigen
C
Steriliseren
D
Thermisch desinfecteren
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Reinigen
Desinfecteren
Steriliseren
Keelspiegel
Stethoscoop
Mes voor operatie
Reflexhamer
Slide 6 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Welk medisch voorwerp zag je op de voorgaande foto?
A
Autoclaaf
B
Proctoscoop
C
Speculum
D
Stethoscoop
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welk materiaal moet je steriliseren?
A
Keelspiegel
B
Oogboortje
C
Reflexhamer
D
Verbandschaar
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Noem 2 tips voor persoonlijke verzorging in de zorg. (bijvoorbeeld haar in een staart)
Slide 10 - Open vraag
Korte nagels
Geen sieraden
Dichte schoenen zonder hak
Wat houdt het fifo-systeem in?
A
Controleer nieuw geleverde producten op temperatuur
B
controleer nieuwe producten op kwaliteit
C
plaats nieuw geleverde producten achter de oude producten
D
verplaats de producten met het juiste vervoermiddel
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welk transportmiddel gebruik je voor het vervoeren van een zware doos?
A
Laadkar
B
Rolcontainer
C
Steekwagen
D
Tafelwagen
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
