Herkansingsles havo 4

Welkom
Herkansingsles Formuleren en Woordenschat
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4-6

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom
Herkansingsles Formuleren en Woordenschat

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Formuleren: uitdrukkingen  (LessonUp + cambiumned)
  • Woordenschat: arbeidsmarkt en economie  (Quizlet + NN 7e)
  • Woordenschat: Griekse en Latijnse woorden, woorddelen en                   uitdrukkingen  (Oefentoets op papier)
     
     
     
   

 
   
     
   

   
     
       
          Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
       
     
   

   
   
     
       
          Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
       
     
   

   
     
       
          Differentiëer
       
     
     

       
         
            Differentiëer
         
         
         

         
            Instellingen
         
       
     
   


   
   
     
 
   
   
   
   
   

   
   

   
   
     
         
          Wat beteken de volgende uitdrukkingen, gezegdes, etc.
       
     
   

   
   
     
        Er volgen dertig uitdrukkingen en gezegdes, kies steeds de juiste letter(GGB 2.10 2.13, 1.8; 3F)
     
   

   
       
   

 
 
 
   
   
   
     
       
       
       
 
   
   
    Slide
 
 
       
       
     
   
 
   
   
     
   
   
   
 
   
   
   
   
   
 
  ; 3F)

Slide 2 - Tekstslide

Formuleren: uitdrukkingen

   
     
     
     
     
   

    1
   
     
   

   
     
       
          Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
       
     
   

   
   
     
       
          Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
       
     
   

   
     
       
          Differentiëer
       
     
     

       
         
            Differentiëer
         
         
         

         
            Instellingen
         
       
     
   


   
   
     
 
   
   
   
   
   

   
   

   
   
     
         
          Wat beteken de volgende uitdrukkingen, gezegdes, etc.
       
     
   

   
   
     
        Er volgen dertig uitdrukkingen en gezegdes, kies steeds de juiste letter(GGB 2.10 2.13, 1.8; 3F)
     
   

   
       
   

 
 
 
   
   
   
     
       
       
       
 
   
   
    Slide
 
 
       
       
     
   
 
   
   
     
   
   
   
 
   
   
   
   
   
 
  ; 3F)

Slide 3 - Tekstslide

Naar het schijnt was Kampen rijk en de burgers waren trots op hun stad, die heel wat in de melk te brokkelen had.
A
invloed had, te zeggen had
B
jaloezie veroorzaakte
C
goede veehouders had

Slide 4 - Quizvraag

Oost-Indisch doof zijn
A
heel erg doof zijn
B
doen alsof je niets hoort
C
aan één oor doof zijn

Slide 5 - Quizvraag

Dood en ... zaaien
A
verderf
B
inslag
C
narigheid

Slide 6 - Quizvraag

In kannen en ...
A
potten
B
kruiken
C
kommer

Slide 7 - Quizvraag

De tering naar de nering zetten.
A
samen de kosten dragen
B
je verdiensten meteen weer uitgeven
C
de uitgaven aanpassen aan de inkomsten

Slide 8 - Quizvraag

Tegen heug en meug
A
er geen voordeel in zien
B
met grote tegenzin
C
iets tegen je zin in doen

Slide 9 - Quizvraag

Weet jij wat de volgende uitdrukkingen betekenen? Trek lijnen van de uitdrukkingen naar de juiste betekenis
leven in de brouwerij
naar iemands pijpen dansen
een boterbriefje halen
van de koude kermis thuis komen
een beestje na een feestje hebben
alles doen wat iemand vraagt
teleurgesteld zijn
hoofdpijn (een kater) hebben na te veel drinken
de saaiheid doorbreken
gaan trouwen

Slide 10 - Sleepvraag

Extra oefenen met uitdrukkingen?
www.cambiumned.nl/woordenschat/uitdrukkingen

Slide 11 - Tekstslide

Arbeidsmarkt en Economie


www.quizlet.live

Slide 12 - Tekstslide

Extra oefenen met Arbeidsmarkt en Economie?
Nieuw Nederlands Cursus 8
Trainen

Slide 13 - Tekstslide

Griekse en Latijnse woorden, woorddelen en uitdrukkingen


Oefentoets

Slide 14 - Tekstslide