1.2 De lont in het kruitvat

Welkom bij GS!
  1. Telefoon in de tas!
  2. Ga zitten op je eigen plek.
  3. Pak je laptop en schrift erbij.
  4. Kom in de LessonUp.

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij GS!
  1. Telefoon in de tas!
  2. Ga zitten op je eigen plek.
  3. Pak je laptop en schrift erbij.
  4. Kom in de LessonUp.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag?
  1. Herhaling vorige les
  2. Leerdoelen
  3. Start paragaaf 1.2 De lont in het kruitvat
  4. Nationalisme
  5. Modern imperialisme
  6. Bondgenootschappen
  7.  Aan de slag!

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling: Leg uit in je eigen woord: Wat is Balance of Power?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling: Welke politieke verandering vond plaats in 1871?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van deze les weet je:
  1. Hoe nationalisme tot stand kwam en ken je het begrip nationalisme.
  2. Waarom Europese landen gingen kolonialiseren en ken je het begrip modern imperialisme.
  3. Weet je waarom Europese landen bondgenootschappen met elkaar sloten.
  4. En je weet welke bondgenootschappen er waren.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 1.2 De lont in het kruitvat

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nationalisme
  • Mensen voelen zich met elkaar verbonden: taal, gewoontes en zelfde geschiedenis.
  • Eigen cultuur werd gepromoot door verenigingen, opvoeding en school > (?)
  • Landen gingen zich superieur voelen > gevolg: (?)
  • Dit leidde tot spanning binnen Europa!
  • Nationalisme - Het gevoel van eenheid tussen mensen die samen een staat vormen, of een staat willen vormen. Trots zijn op je land!
Oostenrijk-Hongarije
Oostenrijk-Hongarije was een grote, multinationale monarchie in Centraal-Europa die bestond van 1867 tot 1918 en uiteenviel na de Eerste Wereldoorlog.

In Oostenrijk-Hongarije leidde het nationalisme tot grote spanningen! Door het uitbreiden van het land woonden er veel verschillende volken bij elkaar, met ieder hun eigen nationalistische gevoel.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LD: Hoe kwam het nationalisme tot stand?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Modern imperialisme
  • Industrialisatie werd mega belangrijk! Hier waren de nodige grondstoffen voor nodig.
  • Oplossing? Veroveren van Azië en Afrika!
  • Modern imperialisme - Streven van Europese landen om grote delen van de wereld aan hun rijk toe te voegen (koloniën).

  • Naast economische redenen ook status en aanzien! 
  • Wat is het gevolg van het moderne imperialisme. (?)
  • Duitsland had nauwelijks nog koloniën, hoe komt dit (?)
  • Duitsland was beledigd dat er geen landen meer over waren > conflicten binnen Afrika.
Verschil imperialisme en modern imperialisme
Imperialisme is het streven naar macht door andere gebieden te veroveren, wat al eeuwenlang gebeurt. Modern imperialisme verwijst specifiek naar de 19e en vroege 20e eeuw, waarbij westerse landen vooral Afrika en Azië koloniseerden, gedreven door industrialisatie en economische belangen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LD: In de 19e eeuw ontstond het modern imperialisme. Wat is modern imperialisme en waarom vond modern imperialisme plaats?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Afrika tussen 1880-1914

Slide 11 - Tekstslide

Afrika tussen 1880 - 1914
In 1900 hadden de grote Europese landen vrijwel heel Afrika onder elkaar verdeeld in koloniën. Ook in Azië waren nog nauwelijks gebieden waar je een nieuwe kolonie kon veroveren.
Bondgenootschappen
  • De spanningen binnen Europa liepen op! > gevolg (?)
  • Bondgenootschappen werden gesloten.
  • Landen wilden een sterk land als vriend.
  • Triple Alliantie: DU, O-H & ITA (1882)
  • FRA en RUS, niks gemeen maar toch bondgenootschap! ENG nog afzijdig.
  • Legers groeiden en DU ging koloniën veroveren. > gevolg (?)
  • Triple Entente: RUS, FRA & ENG (1907)
  • Triple Entente steunde BE wanneer nodig.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LD: Koppel het goede land aan het juiste bondgenootschap!
Triple Entente
Triple Alliantie
Duitsland
Groot-Brittannië
Oostenrijk-Hongarije
Rusland
Frankrijk
Italië

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van deze les weet je:
  1. Hoe nationalisme tot stand kwam en ken je het begrip nationalisme.
  2. Waarom Europese landen gingen kolonialiseren en ken je het begrip modern imperialisme.
  3. Weet je waarom Europese landen bondgenootschappen met elkaar sloten.
  4. En je weet welke bondgenootschappen er waren.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LD: Leg het begrip nationalisme uit.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

LD: Leg in je eigen woord uit waarom landen bondgenootschapen sloten met elkaar.

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan antwoord geven op de leerdoelen:
LD1: Hoe nationalisme tot stand kwam en ken je het begrip nationalisme.
LD2: Waarom Europese landen gingen kolonialiseren en ken je het begrip imperialisme.
LD3: Weet je waarom Europese landen bondgenootschappen met elkaar sloten.
LD4: En je weet welke bondgenootschappen er waren.
Ja!
Nee
Een beetje, wel bijna!

Slide 17 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Hoofdstuk 1 De Grote Oorlog
Paragraaf 1.2 De lont in het kruitvat
Opdrachten: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 & 8

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom bij GS!
  1. Telefoon in de tas!
  2. Ga zitten op je eigen plek.
  3. Pak je laptop en schrift erbij.
  4. Kom in de LessonUp.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen vandaag?
  1. Herhaling vorige les
  2. Leerdoelen
  3. Paragaaf 1.2 De lont in het kruitvat
  4. Wapenwedloop
  5. Moord in Sarajevo
  6. Nationalistische geschiedschrijving
  7.  Aan de slag!

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling: Koppel het goede land aan het juiste bondgenootschap!
Triple Entente
Triple Alliantie
Duitsland
Groot-Brittannië
Oostenrijk-Hongarije
Rusland
Frankrijk
Italië

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling: Leg in je eigen woord uit waarom landen bondgenootschapen sloten met elkaar.

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van deze les weet je:
  1. Waarom Europa in een wapenwedloop raakte en ken je het begrip wapenwedloop.
  2. Kun je de 5 oorzaken van de Eerste Wereldoorlog opnoemen en uitleggen. 
  3. Je weet wat het verschil is tussen een oorzaak en een aanleiding.
  4. En je weet de aanleiding van de Eerste Wereldoorlog was.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wapenwedloop
  • Triple Entente (?) waren grootmachten.
  • Triple Alliantie (?) alleen DU grootmacht.
  • DU & O-H investeerde in hun leger >
  • EU volgde en legers werden groter!
  • Wapenwedloop - Wedstrijd tussen Europese landen om het best bewapend te zijn.
  • ENG & DU strijd om de beste marine.
  • Het werd een Europese wedstrijd!
  • Oorzaak: wapenwedloop
  • Gevolg: Spanningen binnen heel Europa!

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Laat de leerlingen in hun schrift de oorzaken met uitleg noteren als ze deze nog niet weten.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken Eerste Wereldoorlog
De basis voor een oorlog ligt, wat is de aanleiding?
Oorzaak en aanleiding
Het verschil tussen een oorzaak en een aanleiding is dat:

Een oorzaak verwijst naar een diepere, onderliggende reden die geleidelijk tot een gebeurtenis leidt. Het is vaak een reeks omstandigheden of processen die zich in de loop van de tijd opbouwen.

Een aanleiding is de directe gebeurtenis die een bepaald proces of conflict daadwerkelijk in gang zet. Het is vaak een concrete gebeurtenis die de druppel vormt die de emmer doet overlopen.

Bijvoorbeeld, in de Eerste Wereldoorlog was de moord op Franz Ferdinand de aanleiding, terwijl de spanningen tussen Europese landen en bondgenootschappen de oorzaken waren.
Leerdoel

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Van moordaanslag tot wereldoorlog
  • Oorlog?  Ja tuurlijk!  Startschot?
  • Bosnië wilde onafhankelijk zijn van O-H en wilden samen bij Servië.
  • Gavrilo Princip - Zwarte hand. Nationalist!
  • Met een stoet door de feestelijke stad.
  • Knullig en toeval.....
  • 28 juni 1914 Moord op Franz-Ferdinand
  • Servië was schuldig en moest worden gestraft! 
  • RUS beloofde Servië steun. Mobiliseren!
  • 28 juli 1914 O-H vs Servië > WO1
Mobiliseren
In militair opzicht betekent mobiliseren het gereedmaken en verzamelen van troepen en materieel om ze klaar te maken voor oorlog of een militaire operatie.

Slide 30 - Tekstslide

De aanslag was knullig opgezet en het slagen van de moord was eigenlijk vooral te danken aan toeval. Door het toeval dat Frans Ferdinand besloot de officieren in het ziekenhuis te bezoeken, dat de chauffeur de verkeerde afslag nam en stilstond, en dat Princip toevallig door de voordeur van de delicatessenzaak naar buiten stapte, kon Princip de kroonprins van zijn leven beroven. Hierdoor werd een keten van gebeurtenissen in gang gezet die leidde tot de Eerste Wereldoorlog.
Het mobiliseren van legers leidde tot spanningen binnen Europa. Te laat mobiliseren, verkleint de kans op overwinning.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Nationalistische geschiedschrijving (vwo)
  • Het bestuderen van  geschiedenis werd halverwege de 19e eeuw (~1850) serieuzer. 
  • Dit gebeurde vooral in Duitsland en werd bekeken met een Duitse bril. (?)
  • Ze beschreven het verleden om te bewijzen dat het goed was dat Duitsland een grootmacht was binnen Europa.
  • Germaan Arminius werd een Duitse held! Hij versloeg 3 legioenen van Varus.
  • Dit zorgde voor een nationalistische boost binnen het Duitse volk!

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het eind van deze les weet je:
  1. Waarom Europa in een wapenwedloop raakte en ken je het begrip wapenwedloop.
  2. Kun je de 5 oorzaken van de Eerste Wereldoorlog opnoemen en uitleggen.
  3. Je weet wat het verschil is tussen een oorzaak en een aanleiding.
  4. En je weet de aanleiding van de Eerste Wereldoorlog was.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LD: Wat is het verschil tussen een oorzaak en een aanleiding?

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik kan antwoord geven op de leerdoelen:
LD1: Waarom Europa in een wapenwedloop raakte en ken je het begrip wapenwedloop.
LD2: Kun je de 5 oorzaken van de Eerste Wereldoorlog opnoemen en uitleggen.
LD3: Je weet wat het verschil is tussen een oorzaak en een aanleiding.
LD4: En je weet de aanleiding van de Eerste Wereldoorlog was.
Ja!
Nee
Een beetje, wel bijna!

Slide 36 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Hoofdstuk 1 De Grote Oorlog
Paragraaf 1.2 De lont in het kruitvat
Opdrachten: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15 & 16

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies