Les 2 1.1 Machtige mannen in de Republiek

De Gouden Eeuw


1.1 Machtige mannen in de republiek
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

De Gouden Eeuw


1.1 Machtige mannen in de republiek

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen?
0. Spullen: boeken, schrift, pen.
1. Klassikaal lezen
2. Uitleg + Leerdoelen maken
3. Quiz
4. Werkboek (2vr)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klassikaal lezen 
P1.0 Oriëntatie
Alinea: 'Waarom is dit onderwerp belangrijk?'
Blz 7

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LEERDOELEN

A> Wat is een republiek?
B> Wie waren de belangrijkste mensen in de Republiek?
C> Welke groep bestuurde de gewesten?
D> Welke groep bestuurde de Republiek?
E> Wie was de belangrijkste politicus?
F> Wie leidde het leger?
G> Welke twee mannen hadden de functie uit vraag E en F begin 17e eeuw? 

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit hoe de vragen beantwoord moeten worden.
'Een stadstaat is ....'
'De Grieken stichtten koloniën omdat...'




Welke tijdvakken ken je (nog)?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Regenten
en vorsten

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Welke jaartal hoort bij het tijdvak Regenten en Vorsten?
A
1400-1500
B
1500-1600
C
1600-1700
D
1700-1800

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Republiek in de 17e eeuw
Nederland was een Republiek:
Een land zonder koning.
De Republiek bestond uit 7 gewesten (provincies). Het bestuur hiervan was in handen van regenten: rijke handelaren en politici. Regent-zijn was erfelijk.

Slide 8 - Tekstslide

Welke provincies bestonden toen niet? 
Waarom niet?
Waarom is er overal zoveel water? (Nog niet weggepompt, oorspronkelijk moerasland)
Wat betekent erfelijk?
Elk gewest (provincie) had een eigen bestuur: de gewestelijke staten. Maar het bestuur van alle gewesten samen heette de Staten-Generaal: Het hoogste bestuur van de Republiek. 

Hebben we nu ook nog een Staten-Generaal?


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beantwoord nu leerdoel A, B, C en D

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nu hebben we een minister-president maar vroeger in de Republiek was dit de raadspensionaris: Hij was de voorzitter van de Staten-Generaal en bepaalde over welke onderwerpen er werd vergaderd.

Slide 13 - Tekstslide

Wie valt er iets op aan deze slide?
(Wilders is niet de minister-president)

Ook had de Republiek een stadhouder: Leider van het leger en de vloot en afkomstig van de familie Van Oranje.  Deze functie was dus erfelijk.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het verhaal van de Gouden Eeuw begint in de 17e eeuw.
1609-1621 had de Republiek het 12-jarig bestand
(bestand = wapenstilstand)
Wapenstilstand waarmee/tegen wie?

In deze tijd speelde de vraag waar de Republiek zich nu mee bezig moest houden.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stadhouder 
Prins Maurits
Zoon van Willem v. Oranje
'Er is vrede, maar er kan altijd oorlog komen, laten we dus ons geld steken in een groot leger!'
Raadspensionaris
Voorzitter staten-generaal
'Er is vrede, laten we dus ons geld steken in de handel zodat we rijk worden!'

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak nu leerdoel E, F en G

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Check
Vergelijk de antwoorden van je leerdoelen met je buurman/vrouw.
Daarna korte bespreking.

Slide 18 - Tekstslide

Leerlingen dienen afhankelijk te worden van de eigen activatie in de les en de ondersteuning van de klasgenoot, ipv passief oplepelen bij de docent.

Wat wordt bedoeld met de Republiek?
A
Een land met een president als baas
B
Nederland in de 19e eeuw
C
België, Nederland en Luxemburg in 1900
D
Nederland in de 17e eeuw

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Hoe werd de Republiek werd bestuurd?
A
Door een regent
B
Door een raadspensionaris
C
Door een stadhouder
D
Door de Staten-Generaal

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Een provincie nu, heette vroeger een gewest.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat is een stadhouder?
A
De voorzitter van de Staten-Generaal
B
Net zo machtig als een raadspensionaris
C
De baas over het leger en de vloot
D
Een regent en de baas over een gewest

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uit hoeveel gewesten bestond
de Republiek der Verenigde Nederlanden?
A
7 gewesten
B
12 gewesten
C
17 gewesten
D
27 gewesten

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De stadhouder was opperbevelhebber van het leger en de vloot
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stadhouder Maurits van Oranje wilde tijdens het Twaalfjarig Bestand een groot en sterk leger behouden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Werkboek
Maak
P1.0 Opdr 5
1.1 Opdr 3

Klaar? Nakijken via antwoordformulier.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies