STAR staat voor: Situatie, Taak, Actie en Resultaat:
- Wat was de werksituatie?
- Wat waren jouw taken?
- Welke actie heb jij ondernomen?
- Wat was daarvan het resultaat?
De kern van de STAR-methode is: gedrag uit het recente verleden is de beste voorspeller van toekomstig gedrag.
Stel, bij een sollicitatie naar de functie van verkoper krijg je in het sollicitatiegesprek de volgende vraag:
"Wat was je lastigste klant?"