Onderdeel 1 cursus 1 paragraaf 2 Onderwerp van een tekst

Onderdeel 1 Cursus 1 paragraaf 2 onderwerp van een tekst
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Onderdeel 1 Cursus 1 paragraaf 2 onderwerp van een tekst

Slide 1 - Tekstslide

Start van de les!
Bij de start van de les heb je op tafel:
- Je boek Nieuw Nederlands (blz. 16 -20)
- Je schrift 
- Je pen/etui
- Je agenda


timer
0:45

Slide 2 - Tekstslide

Wat we doen:
  • Doelstelling cursus 1 paragraaf 2
  • Uitleg: onderwerp van een tekst
  • Aan de slag! 

Slide 3 - Tekstslide

Doelstellingen:
  • Je leert het onderwerp van een tekst bepalen.
  • Je leert oriënterend lezen.

Slide 4 - Tekstslide

Hoe kun je het onderwerp van een tekst vinden?

Slide 5 - Open vraag

Onderwerp van een tekst.
Elke tekst gaat ergens over. Dat noem je het onderwerp van een tekst. Je kunt het onderwerp in één of een paar woorden zeggen, bijvoorbeeld haaien of hippe games.

Als je weet wat het onderwerp van een tekst is, dan begrijp je de tekst beter als je hem helemaal gaat lezen. 

Als je het onderwerp van een tekst wilt weten, is het niet nodig om de tekst helemaal te lezen. Je leest de tekst dan alleen oriënterend.

Slide 6 - Tekstslide

Zo lees je oriënterend
1. Bekijk de tekst:

  • Lees de titel.
  • Kijk naar de afbeeldingen bij de tekst.
  • Lees de titels die boven tekstgedeeltes staan. Die titels noem je tussenkopjes.
  • Kijk of woorden anders gedrukt zijn, bijvoorbeeld vet, schuin, GROOT of gekleurd.
  • Let op woorden die vaker gebruikt worden.
2. Lees de eerste alinea (het eerste stukje) van de tekst. Soms is die vetgedrukt.

Als je de tekst oriënterend hebt gelezen, kun je het onderwerp vinden. Geef in één of een paar woorden antwoord op de vraag: waar gaat deze tekst over?





Slide 7 - Tekstslide

Het onderwerp van een kijk- of luisterfragment
Ook kijk- en luisterfragmenten hebben een onderwerp. Bij een kijk- of luisterfragment hoor je vaak in de inleiding (het begin) wat het onderwerp van het fragment is. Let op: in een nieuwsprogramma komen vaak meerdere onderwerpen voor.


Zo vind je het onderwerp van een kijk- of luisterfragment
  • Let op de titel van het programma of het filmpje.
  • Luister goed naar de eerste zinnen van het programma of filmpje.
  • Let op woorden die vaker gebruikt worden.
  • Geef antwoord op de vraag: waar gaat dit programma of filmpje over?



Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Aan de slag!
Startopdracht!  
Je maakt opdracht 1  

We kijken samen na. 



timer
4:00

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag!
We lezen tekst 1 - Oplossing bedacht

We lezen tekst 2 - Film toont zelfbewust tienermeisje. 
We kijken samen na.



timer
8:00

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag!
We lezen tekst 2 -  Indrukwekkend bouwwerk (eerst oriënterend - daarna helemaal)
We maken opdracht 3

We lezen tekst 2 helemaal 
We kijken samen na.



timer
8:00

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Aan de slag!
We kijken de video
Jullie maken opdracht 4

We kijken samen na.



timer
8:00

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag!
We lezen tekst 3 en tekst 4 (oriënterend en helemaal)
Jullie maken opdracht 5 en 6.

We kijken samen na.



timer
12:00

Slide 15 - Tekstslide

Hoe kun je het onderwerp van tekst vinden?


Slide 16 - Open vraag

Vond je deze paragraaf moeilijk of makkelijk?
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Waarom vind je dat?

Slide 18 - Open vraag

Vragen?

Slide 19 - Open vraag