2024-05-30 B1J Latijn

Leerdoelen

  • Ik kan de rijtjes van femina, servus en rex opzeggen.
  • Ik kan zinnen met nom, acc en dat vertalen

Weektaak

  • leren: W les 1 en 2
  • leren: indeling znw.
  • leren: rijtjes van groep 1, 2 en 3 (femina, servus, rex compleet)




    1 / 11
    volgende
    Slide 1: Tekstslide
    LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

    In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

    time-iconLesduur is: 45 min

    Onderdelen in deze les

    Leerdoelen

    • Ik kan de rijtjes van femina, servus en rex opzeggen.
    • Ik kan zinnen met nom, acc en dat vertalen

    Weektaak

    • leren: W les 1 en 2
    • leren: indeling znw.
    • leren: rijtjes van groep 1, 2 en 3 (femina, servus, rex compleet)




      Slide 1 - Tekstslide

      Slide 2 - Tekstslide

      Begintaak: oefen twee aan twee

      • Zeg het rijtje op van femina, servus, rex en puer
      • Welke znwoorden zitten in groep 1, 2 en 3?
      • Zeg het rijtje op van terra, gladius en pater
      • De jongen geeft zijn moeder een kus: in welke naamval komen in het Latijn jongen, moeder en kus te staan?
      • Wat betekent: accedere (2), custodire en tradere?

      nom ev
      acc ev
      nom mv
      acc mv

      dat ev
      dat mv


      Slide 3 - Tekstslide

      Slide 4 - Tekstslide

      Slide 5 - Tekstslide

      Slide 6 - Tekstslide

      Je krijgt een werkblad.

      • Maak opdracht 1 in je schrift.

      • Maak opdracht 2 in je schrift.

      We kijken dit over 12 minuten na.

      Slide 7 - Tekstslide

      Hoe vertaal je zinnen?

      • Zoek de pv
      • Zoek het onderwerp (= nom)
      • Zoek het lijdend voorwerp (= acc)
      • Zoek het meewerkend voorwerp (= dat)
      • Vertaal de zin. Let goed op ev/mv!!

      Servis aquam filius tradit.

      De nominativus geeft de accusativus aan de dativus.

      Slide 8 - Tekstslide

      Hoe vertaal je zinnen?

      • Zoek de pv
      • Zoek het onderwerp (= nom)
      • Zoek het lijdend voorwerp (= acc)
      • Zoek het meewerkend voorwerp (= dat)
      • Vertaal de zin. Let goed op ev/mv!!

      Maak van opdracht 3 zin 1 en 2.

      De nominativus geeft de accusativus aan de dativus.

      Slide 9 - Tekstslide

      Tijd over?

      Je mag leren voor de SO van morgen.

      accedere (2)
      arbor (mv.?)
      in (+?)

      Slide 10 - Tekstslide

      Slide 11 - Tekstslide