Basisstof 5 speciale manieren van overerven

Goedemiddag!
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Goedemiddag!

Slide 1 - Tekstslide

Planning

1. Herhaling
2. Basisstof 5 Speciale manier van overerven
3. Zelfstandig werken
4. Opdracht

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling
Monohybride kruising
X chromosomaal

https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Erfelijkheid/erfelijkheidxchromosomaal.htm 

Slide 3 - Tekstslide

Een fruitvlieg met een zwart lichaam wordt gekruist met een fruitvlieg met een grijs lichaam. Alle individuen van de F1 zijn grijs. Deze F1-individuen worden onderling gepaard.
Van de 113 individuen van de F2 zijn er 84 grijs en 29 zwart.
Hoeveel van de 84 grijze individuen van de F2 zullen er, naar verwachting, heterozygoot zijn?






a. 28         b. 42          c. 56          d. alle 84

Slide 4 - Tekstslide

Iemand, die in staat is zijn tong op te rollen is in het bezit van het allel R. Een persoon die zijn tong niet kan oprollen (rr) heeft twee zusters, die dit wel kunnen. Zijn beide ouders kunnen dit ook.

Welke genotypen van de ouders en de zusters zijn dan mogelijk?



a. Ouders RR en Rr, zusters RR en/of Rr
b. Ouders Rr en Rr, zusters alleen RR
c. Ouders RR en Rr, zusters alleen Rr
d. Ouders Rr en Rr, zusters RR en/of Rr

Slide 5 - Tekstslide

Vragen?
Over huiswerk - leersstof

Slide 6 - Tekstslide

Basisstof 5 Speciale manieren van overerven

Slide 7 - Tekstslide

Multipele allelen
Een diploïd organisme heeft twee allelen per locus. 

Multipele allelen: op populatieniveau kunnen voor erfelijke eigenschappen drie of meer verschillende allelen bestaan.
Bloedgroep

Slide 8 - Tekstslide

Bloedgroep
IA, IB en i

Bloedgroep A
Bloedgroep B
Bloedgroep AB
Bloedgroep o

Slide 9 - Tekstslide

Letale factoren
In homozygote toestand niet levensvatbaar 
Zygote sterft dan snel.

Verhoudingen veranderen, want een deel van de verachte nakomelingen wordt niet geboren.

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld:
Kanaries Kuig (K) dominant voor ontbreken kuif (k)
K bevat een letale factor -> genotype KK sterven in een embryonaal stadium. 

Twee kanaries met kuif, wat zijn de verhoudingen van de F1?

Slide 11 - Tekstslide

Gekoppelde overerving
Kruisingen waar twee genen bij zijn betrokken.
Als genen op hetzelfde chromosomenpaar liggen: gekoppelde genen -> gekoppelde overerving.

Op verschillende chromosomenparen -> onafhankelijke overerving

Slide 12 - Tekstslide

Voorbeeld
Zie boek

Slide 13 - Tekstslide

Vragen?
Zelfstandig aan het werk
opdracht 54 tot en met 60

Slide 14 - Tekstslide