In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Jodendom
Geschiedenis van het jodendom
Deel 1
Slide 1 - Tekstslide
In deze les komt het volgende aan bod
2000 v. Chr.
Abraham, Isaäk en Jacob (3 aartsvaders)
Josef
Slide 2 - Tekstslide
Terugblik vorige les
Slide 3 - Tekstslide
Vier belangrijke geloofspunten
1. Er is één God
2. Verbond tussen God en de joden
3. Naleving van de wet
4. Het geloof in een Messias
Slide 4 - Tekstslide
Verschillende stromingen binnen het jodendom
Orthodoxe joden
Liberale joden
Niet-religieuze joden
Slide 5 - Tekstslide
4000 jaar joodse geschiedenis
We beginnen bij 2000 v. Chr.
Slide 6 - Tekstslide
3 aartsvaders
Abraham
Isaäk
Jacob
= belangrijke personen
De verhalen van deze mensen en de geschiedenis van het jodendom staat in de Thora: 5 boeken van Mozes.
2000 v. Chr.
Slide 7 - Tekstslide
Abraham
2000 v. Chr.
Abraham leefde in het gebied dat vandaag de dag Irak heet. Op een dag kreeg hij de opdracht van God om de mensen te vertellen dat er maar één God is. In ruil daarvoor zou Abraham een nageslacht krijgen zoveel als de sterren aan de hemel. Dat kon hij niet geloven, want zijn vrouw Sara en hij waren al heel oud en hadden nog nooiteen kind gekregen. God brengt Abraham naar het beloofde land en hij krijgt een zoon met zijn slavin. Die zoon heet Ismael. Ismael is de stamvader van de Arabieren (moslims). Uiteindelijk krijgt Abraham met zijn vrouw een zoon: Isaäk. Abraham en Sara waren toen al boven de 90 jaar. Het nageslacht zoveel als de sterren aan de hemel staat voor de joodse gemeenschap.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Isaäk
2000 v. Chr.
In die tijd gebeurde het vaker dat mensen dieren en zelfs hun eigen kind offerden aan de goden als ze heel erg wanhopig waren en iets van de Goden wilden. God gaf Abraham de opdracht om Isaäk te offeren. Hier was Abraham erg verdrietig om en nog maar nét op tijd gaf God Abraham de kans om i.p.v. Isaäk een ram uit de struiken te offeren. God had namelijk nu gezien dat Abraham echt van hem hield en trouw was aan hem. Vanaf dat moment werden er ook geen kinderen meer geofferd in jodendom, christendom en islam.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Jacob
2000 v. Chr.
Isaak kreeg een tweeling: Jacob (jongste) en Esau (oudste). Esau was stoer en hield van jagen. Jacob was een herdersjongen. Jacob had via een trucje het eerste geboorterecht van zijn broer gekregen. Dat betekent dat je alle bezittingen krijgt van je vader. Op een dag kwam Esau hongerig thuis na een lange jacht. Hij zei dat hij alles zou opgeven voor een lekkere kom linzensoep. Jacob had soep gemaakt en vroeg hem of hij zelfs zijn eerste geboorterecht zou opgeven. Esau zei dat hij zijn eerste geboorterecht zou geven aan Jacob in ruil voor de linzensoep. Toen Isaäk heel oud was en blind was geworden, ging Jacob naar hem toe. Met hulp van zijn moeder, Rebecca, kreeg hij het eerste geboorterecht. Toen Esau daar achter kwam, werd hij heel kwaad en moest Jacob vluchten. Hij ging bij zijn oom in dienst voor 14 jaar lang. Hij trouwde met twee van zijn dochters. Daar kreeg hij 12 zonen mee, waarvan één: Josef. Hij kreeg ook twee dochters. Ondertussen had hij het goed gemaakt met Esau. De 12 zonen waren de 12 stamvaders van het volk Israël.
Slide 12 - Tekstslide
Josef
2000 v. Chr.
Tot zijn jongste broertje Benjamin geboren was, was Josef de lievelingszoon van zijn vader Jacob. De andere broers waren jaloers op Josef en uiteindelijk verkochten ze hem als slaaf aan de Egyptenaren. Doordat Josef de droom van de farao kon uitleggen, redde hij het Egyptische rijk van hongersnood. Als beloning werd hij onderkoning en mocht hij het graan beheren. Toen een droogte uitbrak, kwamen mensen van heinde en verre om graan te kopen. Zo ook zijn broers uit Kanaän (vandaag de dag Israël). De broers herkenden Josef niet omdat hij onderkoning was. Eerst speelde Josef nog wat met hen en hield hen een beetje voor de gek. Hij zorgde ervoor dat het leek dat ze spullen gestolen hadden, maar uiteindelijk zag Josef in hun hart dat ze geen verkeerde bedoelingen meer hadden. Hij onthulde dat hij hun broer was en toen maakten ze het goed met elkaar. Vanaf dat moment kwam de familie van Josef ook in Egypte wonen. Dat ging honderden jaren lang door. Maar in de loop van de eeuwen werden de joden slaaf gemaakt van de Egyptenaren en moesten piramides en andere grote gebouwen maken.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Hoeveel aartsvaders kent het jodendom?
A
Één
B
Twee
C
Drie
D
Vier
Slide 15 - Quizvraag
Hoe heten de drie aartsvaders van het jodendom?
A
Abraham, Josef, Isaäk
B
Josef, Isaäk, Jacob
C
Abraham, Isaäk, Jacob
D
Josef, Jacob, Abraham
Slide 16 - Quizvraag
Sleep de naam naar de juiste afbeelding
Abraham
Isaäk
Jacob
Slide 17 - Sleepvraag
Wie zorgde ervoor dat hij het eerste geboorterecht kreeg?