Executieve functies

De executieve functies
De executieve functies
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
DierverzorgingHBOStudiejaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

De executieve functies
De executieve functies

Slide 1 - Tekstslide

Definitie
Executieve functies zijn hogere cognitieve processen die nodig zijn om activiteiten te plannen en te sturen.
Alle executieve functies hebben een controlerende en aansturende functie.
Je kunt het zien als de dirigent van de cognitieve vaardigheden.


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

De 11 executieve functies

Slide 4 - Tekstslide

Responsinhibitie
Nadenken voor je iets doet

Door de klas roepen
Praten of doen voor je nadenkt
Instructie niet afluisteren
Tips:  Tel tot 10
Bereidt situaties voor


Slide 5 - Tekstslide

Werkgeheugen
Informatie vasthouden tijdens de taak

Onthoudt de instructie niet lang genoeg
Vergeet stukken van de opdracht
Checkt zichzelf niet


Slide 6 - Tekstslide

Hoe ga jij als docent hiermee om?

Slide 7 - Open vraag

Emotieregulatie
Emoties en gedrag onder controle houden
Boos worden, weglopen, snel huilen
Moeite met verliezen en het omgaan met conflicten
Moeite met samen spelen en samenwerken


Slide 8 - Tekstslide

Hoe kun jij als docent daarin acteren?

Slide 9 - Woordweb

Volgehouden aandacht
Aandacht vasthouden ondanks afleiding
Vragen hoeveel werk er nog gedaan moet worden
Raffelt taken af
Snel afgeleid

Slide 10 - Tekstslide

Wat zijn valkuilen voor jou als docent?

Slide 11 - Open vraag

Taakinitiatie
Snel en effectief beginnen aan je taak

Start laat met een taak en stelt beginnen uit
Moet aangemoedigd worden om te beginnen
Neemt zelf geen initiatief maar wacht op een ander


Slide 12 - Tekstslide

Hoe kun je de student daarbij helpen?

Slide 13 - Woordweb

Planning/prioritering
Plannen maken en beslissen wat belangrijk is

Doet verschillende werkjes door elkaar
Heeft aan het einde van de week de planning niet af
Vergeet huiswerk te maken of mee te nemen
Tip: Maak (samen een planning)
Bespreek dit ook na met de student.
Scaffolding


Slide 14 - Tekstslide

Organisatie
Materiaal en informatie ordenen
Werkplek is een rommeltje
Regelmatig spullen kwijt
Begint op de verkeerde bladzijde en het werk ziet er niet geordend uit


Slide 15 - Tekstslide

Waar heeft de student in dit geval behoefte aan?

Slide 16 - Open vraag

Time management
Tijd inschatten, verdelen, deadlines halen
Kan geen tijdsplanning maken of zich eraan houden
Werkt onvoldoende systematisch
Vindt het moeilijk om in te schatten hoe lang iets duurt
Tip: Tijdsbesef creëren


Slide 17 - Tekstslide

Doelgericht gedrag
Doelen stellen en halen zonder je af te laten schrikken

Snel afgeleid en geen zelfsturing om aan het werk te blijven
Doet van alles, behalve het werk
Geen doorzettingsvermogen


Slide 18 - Tekstslide

Wat helpt de student?

Slide 19 - Woordweb

Flexibiliteit
Flexibel omgaan met verandering en tegenslag
Snel van slag bij een tegenslag of frustratie
Moeite met veranderingen
Regels zijn regels
Tip: Houdt je aan de planning en beperk  veranderingen

Slide 20 - Tekstslide

Metacognitie
Naar jezelf en de situatie kijken en evalueren
Heeft niet goed door hoe anderen reageren op eigen gedrag
Kan niet goed over eigen gedrag nadenken of praten
Legt oorzaken en problemen buiten zichzelf


Slide 21 - Tekstslide

Hoe kun jij als docent de student hierin begeleiden?

Slide 22 - Woordweb