Paragraaf 2: Infecties

Hoofdstuk 9: Afweer en bescherming
Paragraaf 2: Infectieziekten
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 9: Afweer en bescherming
Paragraaf 2: Infectieziekten

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Herhaling
  • Leerdoelen doornemen
  • Uitleg paragraaf 2: Infecties bestrijden
  • Aan het werk!
  • Verwerking

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kan ik...
  • Beschrijven hoe je besmet raakt met een infectie
  • Beschrijven hoe je lichaam ziekteverwekkers herkent en bestrijdt

Slide 3 - Tekstslide

Hoe raak je besmet?
  • Overal waar je bent kom je in aanraking met micro-organismen (bacteriën, virussen, schimmels).
  • Micro-organismen waar je ziek van kan worden, heten ziekteverwekkers.
  • Ziekteverwekkers kunnen via je mond, neus, geslachtsorganen of wondjes in je lichaam komen.
  • Dit noem je een infectie.

Slide 4 - Tekstslide

Hoe raak je besmet?
  • Een gezond lichaam heeft een goede weerstand: je lichaam is in staat om ziekteverwekkers te doden.
  • Bij lage weerstand of veel ziekteverwekkers, kan je lichaam deze niet doden en word je ziek

Slide 5 - Tekstslide

Hoe raak je besmet?
  • Een gezond lichaam heeft een goede weerstand: je lichaam is in staat om ziekteverwekkers te doden.
  • Bij lage weerstand of veel ziekteverwekkers, kan je lichaam deze niet doden en word je ziek
Bacteriën vermeerderen zich door celdeling. Ze maken je ziek door gifstoffen.
Virussen vermeerderen zich doordat ze een lichaamscel binnendringen, zich daar vermeerderen en de cel zo kapot maken.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Hoe herkent je lichaam een ziekteverwekker?
A
Door speciale eiwitten op het celmembraan
B
Door speciale koolhydraten op het celemembraan
C
Door speciale vetten op het celmembraan
D
Geen van bovenstaande

Slide 8 - Quizvraag

Hoe herkent je lichaam ziekteverwekkers?
  • Alle cellen hebben eiwitten op het celmembraan
  • Als deze eiwitten bij jouw lichaam horen, noem je dat lichaamseigen
  • Komen deze uit een ander lichaam/van een ander organisme? Lichaamsvreemd
  • Bij ziekteverwekkers noem je deze eiwitten antigenen 

Slide 9 - Tekstslide

Hoe herkent je lichaam ziekteverwekkers?
  • Alle cellen hebben eiwitten op het celmembraan
  • Als deze eiwitten bij jouw lichaam horen, noem je dat lichaamseigen
  • Komen deze uit een ander lichaam/van een ander organisme? Lichaamsvreemd
  • Bij ziekteverwekkers noem je deze eiwitten antigenen 

Slide 10 - Tekstslide

Witte bloedcellen
Witte bloedcellen kunnen ziekteverwekkers bestrijden door:
  • Ziekteverwekkers op te eten (vreetcellen)

Slide 11 - Tekstslide

Witte bloedcellen
Witte bloedcellen kunnen ziekteverwekkers bestrijden door:
  • Ziekteverwekkers op te eten (vreetcellen)

Slide 12 - Tekstslide

Witte bloedcellen
Witte bloedcellen kunnen ziekteverwekkers bestrijden door:
  • Ziekteverwekkers op te eten (vreetcellen)
  • Antistoffen aan te maken (bron 7, bladzijde 72)
  • Geheugencellen onthouden welke antistof werkt tegen welk antigen
  • Zo kan je immuunsysteem bij een tweede besmetting snel ingrijpen en word je niet/minder ziek. Je bent immuun.

Slide 13 - Tekstslide

Aan het werk!
  • Wat: Paragraaf 1 en 2 van H9
  • Hoe: Fluisteren met je buur
  • Tijd: 15 minuten
  • Hulp: Overleg met je buur/kijk in je boek/steek je vinger op
  • Klaar: Nakijken en verbeteren
  • Uitkomst: H8 alles nagekeken, 1 en 2 zijn af
timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide