H2C - Les 4 - H4.5 Spelling

Welkom! 
  • Je komt voorbereid naar de les
     Nederlands.
  • Je zit op je eigen plek.
  • Je telefoon staat uit en zit in je
      tas.
  • Je pakt je boek, schrift en etui
     erbij.
  • Je pakt je Chromebook erbij. 
  • Je hebt een actieve houding.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom! 
  • Je komt voorbereid naar de les
     Nederlands.
  • Je zit op je eigen plek.
  • Je telefoon staat uit en zit in je
      tas.
  • Je pakt je boek, schrift en etui
     erbij.
  • Je pakt je Chromebook erbij. 
  • Je hebt een actieve houding.

Slide 1 - Tekstslide



  • lesdoelen
  • maken opdrachten
  • nakijken opdrachten
  • uitleg theorie H4.5 Spelling
     deel 2
  • maken opdrachten
  • checken lesdoelen
Wat gaan we doen?

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Aan het einde van deze les heb je gecontroleerd hoe het gaat met
     het vd en het od gebruiken als bijvoeglijk naamwoord.
  • Aan het einde van deze les ken je de regels voor de tussenletters
     bij samenstellingen.

Slide 3 - Tekstslide

4a.

het ... bedrag
A
besteedde
B
bestede

Slide 4 - Quizvraag

4b.

een ... vest
A
afgedankt
B
afgedankte

Slide 5 - Quizvraag

H4.5 Spelling
Afmaken opdracht 1 en 3 t/m 6b.

Ben je klaar? Kijk de opdrachten na
via de Classroom.
timer
20:00

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

8b.

gezelschap + spel
A
gezelschapspel
B
gezelschappenspel
C
gezelschapsspel
D
gezelschapespel

Slide 8 - Quizvraag

8e.

peer + boom
A
peerboom
B
perenboom
C
pereboom
D
peresboom

Slide 9 - Quizvraag

8n.

hoogte + verschil
A
hoogteverschil
B
hoogtenverschil
C
hoogtesverschil
D
hoogte verschil

Slide 10 - Quizvraag

8r.

lachen + bekje
A
lachenbekje
B
lachesbekje
C
lachebekje
D
lachuhbekje

Slide 11 - Quizvraag

H4.5 Spelling
Maken opdracht 7 t/m 9.

Slide 12 - Tekstslide

Even terug naar de lesdoelen
Hoe gaat het met het vd en od gebruiken als bijvoeglijk naamwoord?

En welke regels zijn er wat betreft de tussenletters bij samenstellingen?


Slide 13 - Tekstslide