3. Infinitieven
Infinitieven zijn de hele werkwoorden.
Voorbeelden: rijden, betalen, gebeuren, verdelen, stemmen, kiezen vragen etc.
Als je een werkwoord goed wil spellen, zal je eerst moeten vaststellen met wat voor een vorm je te maken hebt.
Vraag je altijd eerst af met welke vorm je te maken hebt:
persoonsvorm, voltooid deelwoord, onvoltooid deelwoord, infinitief?