Kunstbeschouwing herhaling 3de jaar

Ik heb zin in deze quiz!
Ja zeker!
Ik weet het nog niet.
Nee, kunstbeschouwing is vreselijk.
1 / 14
volgende
Slide 1: Poll
KunstbeschouwingSecundair onderwijs

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Ik heb zin in deze quiz!
Ja zeker!
Ik weet het nog niet.
Nee, kunstbeschouwing is vreselijk.

Slide 1 - Poll

Wie heeft in de middeleeuwen de zogenoemde miniatuurkunst gemaakt?
A
boeren
B
monniken
C
priesters
D
herders

Slide 2 - Quizvraag

Waarmee werkten de Vlaamse Primitieven voor het eerst? Met ...
A
inkt op papier
B
tempera op vers pleister
C
aquarel op papier
D
olieverf op houten paneel

Slide 3 - Quizvraag

Welk kunstwerk is uit de renaissance?
A
B
C
D

Slide 4 - Quizvraag

Uit welke periode komt "Het Melkmeisje" van Johannes Vermeer?
A
Vlaamse primitieven
B
art nouveau
C
barok
D
classicisme

Slide 5 - Quizvraag

Welke beeldcomponent is kenmerkend in het futurisme?
A
perspectief
B
beweging
C
kleur
D
licht

Slide 6 - Quizvraag

Welke beeldcomponent is zowel in het minimalisme als ook de zero kunst belangrijk?
A
perspectief
B
beweging
C
kleur
D
licht

Slide 7 - Quizvraag

Van welke kunstenaar is dit zelfportret?
A
Jackson Pollock
B
Rembrandt van Rijn
C
Jacques-Louis David
D
Heinz Mack

Slide 8 - Quizvraag

Welke kunststroming wilde de kunst en cultuur van de klassieke oudheid tot leven brengen en is gekenmerkt door scherpe, zuivere lijnen en een algemene versobering?
A
renaissance
B
impressionisme
C
romantiek
D
classicisme

Slide 9 - Quizvraag

In welke eeuw ontstond het fauvisme, de stroming die staat voor zuivere expressie van emoties door felle, hevige kleuren?
A
15de eeuw
B
18de eeuw
C
19de eeuw
D
20de eeuw

Slide 10 - Quizvraag

Wat deed Jackson Pollock bij het maken van zijn schilderijen NIET?
A
Hij legde zijn canvas op de grond.
B
Hij doopte zijn verfborstel in een emmer verf en zwierde slierten verf over het doek.
C
Hij liet zich met een kraan ondersteboven aan zijn voeten boven het doek ophangen .
D
Hij liep rond het doek en maakte grote armbewegingen.

Slide 11 - Quizvraag

Waar haalden kunstenaars van de art nouveaustijl hun inspiratie?
A
uit de natuur
B
uit de nieuwe moderne wereld
C
uit ritme, energie en snelheid van de stad
D
nergens. Ze gebruikten alleen geometrische vormen en schilderden helemaal abstract

Slide 12 - Quizvraag

Hoe heet de periode waar licht en kleur een belangrijke rol spelen en Claude Monet verschillende schilderijen van waterlelies heeft gemaakt?
A
miniatuurkunst
B
impressionisme
C
romantiek
D
minimalisme

Slide 13 - Quizvraag

Wat is GEEN kenmerk van de romantiek?
A
strakke omtreklijnen en sterke licht-donker contrasten van het clair-obscur
B
vlucht in het verleden, het duistere en de natuur
C
reizen en rondzwerven als onderwerpen
D
het gevoelsleven staat centraal

Slide 14 - Quizvraag