Tastbare producten (stoffelijke goederen) waarmee je in je behoefte kunt voorzien.
Gebruiksgoederen gaan langere tijd mee, zoals een fiets.
Verbruiksgoederen raken op, zoals voedsel of shampoo.
Niet-tastbare producten (onstoffelijke goederen) dit zijn vaak diensten zoals de kapper, dokter of naar de bios gaan