In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
Les 2 periode 4
bgl@segbroek.nl
bru@segbroek.nl
Slide 1 - Tekstslide
Planning
Leerdoelen bespreken
Rekenen met grote getallen
Rekenopdrachten
Uitleg EU en protectie
Opdrachten
Afsluiten
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kan rekenen met grote getallen rekenen
Je kan belangrijke redenen benoemen waarom de EU is opgericht
Je weet wat invoerrechten zijn en wat deze te maken hebben met protectie
Je weet wat vrijhandel is en kan uitleggen waarom dit voor Nederland belangrijk is.
Slide 3 - Tekstslide
Rekenen met grote getallen
Dit soort
teksten kom je
wel eens tegen
in de krant.
Maar hoe berekenen ze dit?
Slide 4 - Tekstslide
Rekenen met grote getallen
Het nationaal inkomen : het aantal inwoners = het inkomen per persoon.
Voorbeeld: Nederland heeft een nationaal inkomen van € 1.009 miljard en 17,7 miljoen inwoners.
Wat is dan het inkomen per inwoner?
Slide 5 - Tekstslide
Nederland heeft een nationaal inkomen van € 1.009 miljard en 17,7 miljoen inwoners.
A
€ 57,00
B
1,7%
C
€ 57.005,65
D
€ 1.700,98
Slide 6 - Quizvraag
Rekenen met grote getallen
Wat nou als je de informatie op een andere manier krijgt?
Je krijgt het inkomen per persoon in plaats van dat je dit moet berekenen. ( 2, 3, 6 trucje)!
Het nationaal inkomen : het aantal inwoners = het inkomen per persoon.
Slide 7 - Tekstslide
Nederland heeft een nationaal inkomen van € 1.009 miljard en een inkomen van € 57.005,65 per persoon. Bereken de hoeveelheid mensen in Nederland
A
17,7
B
17.700.000
C
57.518.700
Slide 8 - Quizvraag
Rekenopdracht
Jullie krijgen een rekenopdracht met verschillende moeilijkheidsgraden.
De vragen worden dus steeds wat moeilijker. Je mag pas door naar het volgende level wanneer je alle antwoorden goed hebt.
Je moet de berekening erbij hebben opgeschreven!
Slide 9 - Tekstslide
De EU
Is onder andere opgesteld om
handel soepel te laten verlopen
tussen de landen.
Hoe proberen de lidstaten de handel
soepel te laten lopen?
Slide 10 - Tekstslide
Concurrentie
Landen buiten Europa maken producten die wij ook maken.
De EU wilt de eigen bedrijven beschermen tegen die concurrentie. Dat doet het door invoerrechten.
Slide 11 - Tekstslide
Wat zijn invoerrechten?
A
Het recht om producten te importeren
B
Belasting op producten van buiten de EU
C
Het exporteren van producten
D
Geen grenscontroles
Slide 12 - Quizvraag
A
Slide 13 - Quizvraag
Invoerrechten en protectie
Invoerrechten zijn belastingen op producten die van buiten de EU hier naartoe worden vervoerd.
Daardoor worden deze producten
duurder en zullen mensen sneller EU
producten kopen.
Het beschermen van de "eigen" bedrijven noem je protectie
Slide 14 - Tekstslide
Opdrachten
Maak de opdrachten 17 t/m 23 op blz 193.
Daar heb je 20 min voor.
Ben je klaar? Ga dan alvast door met opdracht 25 t/m 28.
(24 hoeft dus niet)
Slide 15 - Tekstslide
Italië verdient € 2.050 miljard en er wonen 58,94 miljoen mensen. Wat is het inkomen per persoon?
A
€ 41.793,74
B
€ 34.781,13
C
€ 34,78
D
€ 41,79
Slide 16 - Quizvraag
Vrij handelen
Nederland is een open/gesloten economie. Voor ons is het belangrijk dat wij zoveel mogelijk kunnen handelen.
Vrijhandelen = handelen zonder protectie maatregelen.
Slide 17 - Tekstslide
Eurozone en EU
Er is een verschil tussen de Europese Unie en de Eurozone
Dit zie je ook terug in jouw boek op blz 195. Daar zie je de landen in de Eurozone in het paars en de landen in de Europese Unie in een lichtere kleur.
Slide 18 - Tekstslide
Afsluiten
Het huiswerk voor volgende week zijn de opdrachten 17 t/m 23