Les 3

Les 3: 
Samenwerken in de Europese Unie: Wetten maken
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
ProjectMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Les 3: 
Samenwerken in de Europese Unie: Wetten maken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1951
1957
1992
EGKS
EU
EEG

Slide 2 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tekst
EU-land
Geen EU-land
Colombia
Portugal
Marokko
Bulgarije
Estland
Zwitserland
Zweden
Pakistan

Slide 3 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk Europese instelling hoort bij de omschrijving?

Voert het Europese beleid uit
A
De Europese Commissie
B
Het Europese Parlement
C
De Raad van Ministers
D
geen van deze instellingen

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk Europese instelling hoort bij de omschrijving?

Voert het Europese beleid uit
A
De Europese Commissie
B
Het Europese Parlement
C
De Raad van Ministers
D
geen van deze instellingen

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk Europese instelling hoort bij de omschrijving?

Ziet erop toe dat in alle
Europese landen de verkiezingen goed verlopen.
A
De Europese Commissie
B
Het Europese Parlement
C
De Raad van Ministers
D
geen van deze instellingen

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke bewering over het Europees Parlement is juist?

Het Europees Parlement
A
bestaat uit ministers van alle EU-lidstaten.
B
is het dagelijks bestuur van de Europese Unie.
C
keurt voorstellen van de Europese Commissie goed of af.
D
zorgt ervoor dat Europese regels worden uitgevoerd.

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Europese Unie is......
A
27 landen die veel met elkaar samenwerken
B
europa
C
landen die veel ruzie maken over allerlei wetten
D
Nederland, Belgie en Duitsland

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de hoofdstad van de Europese Unie?
A
Amsterdam
B
Berlijn
C
Parijs
D
Brussel

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat wil de Europese Unie vooral?
A
Veiligheid en economische groei
B
Vrede en welvaart
C
Welvaart en welzijn
D
Vrede en meer geld

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van de Europese Unie?
A
Samen heb je meer wapens en kun je landen veroveren
B
Meer geld verdienen
C
Samen besluiten vormen op politiek en economisch gebied
D
Wereldvrede creëren

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nederland is 1 van de oprichters van de Europese Unie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke land ging uit de Europese Unie?
A
Engeland
B
Groot-Brittannië
C
Brittannië
D
Verenigd Koninkrijk

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk land is geen lid van de Europese Unie?
A
Griekenland
B
Duitsland
C
Bulgarije
D
Noorwegen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Europese Unie 
27 lidstaten 

Slide 15 - Tekstslide


Bron afbeelding: https://www.youtube.com/watch?v=qdKDOkWRpvs&t=107s

Dit land wil niet bij Europa, omdat het zelf wil bepalen hoeveel vis het vangt.
Dit "land" wil vooral een echt land worden. Regionalisme en seperatisme!
Dit land zegt bij Europa te willen maar mag dat niet. Er is teveel corruptie en geen democratie
Dit land zit in de Europese Unie maar wil er juist weer uit. Het lukt alleen niet echt.
Dit land ziet de EU het liefst uit elkaar vallen. In de EU wordt het als 'vijand' gezien.
Dit land wil op zich wel bij de EU, maar is veel rijker dan de rest. Dat willen ze wel zo houden

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Inrichting Europese Unie 
Europees Parlement
Europese Commissie
Raad van de 
Europese Unie
De volksvertegenwoordiging in de EU. In het parlement zitten verschillende partijen 
Het dagelijkse bestuur van de EU, met een Eurocommissaris uit elke lidstaat
Zitten ministers in van een beleidsterrein 
 uit elke lidstaat

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Voel jij je een burger van Europa?
Voel jij je een burger van Europa?
Ja
Nee

Slide 19 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Europese Wetten 
Besluiten 
Richtlijnen
Een Europees besluit moet letterlijk worden overgenomen door een lidstaat
Europese richtlijnen zijn gericht op een doel. Lidstaten mogen zelf bepalen hoe ze dat doel halen

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Is de Europese Commissie de enige die een wetsvoorstel mag indienen in de Europese Unie?
Is de Europese Commissie de enige die een wetsvoorstel mag indienen in de Europese Unie? 
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Link

Deze slide heeft geen instructies


Welke wet geldt?


  • Wetten van de EU gaan alleen over onderwerpen die meerdere lidstaten aangaat, bijv. het milieu. Hoe snel je in Nederland op de snelweg mag rijden, bepaalt ons parlement: dat gaat écht alleen over Nederland.
  • Een Nederlandse wet mag niet in strijd zijn met een EU-wet. 
  • Andersom kan dat wel: dan moet Nederland de wet aanpassen.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Een Europese grondwet?


  • In 2004 is besloten dat er een Europese grondwet zou komen. 
  • Hierover mochten de inwoners van Europa in een referendum beslissen.
  • Sommigen schrokken: zoveel macht voor Europa?!
  • De inwoners van Nederland en Frankrijk stemden tegen: de Europese grondwet kwam er niet. Er is dus nog geen 'Verenigde Staten van Europa'.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat merk je er zelf van?



  • De euro
  • Rechten als consument (garantie) 
  • Europees burgerschap (o.a. vrij reizen)
  • Mensenrechten (democratie)
  • Europese terreurbestrijding

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1. 
In Nederland gaat niet alles goed. Bedenk iets wat als Nederland niet goed gaat en maak hier een poster van/collage van (bijv. criminaliteit, zwerfafval etc.)
Kijk ook goed in je eigen omgeving!
Maak hierbij een wet die voor alle landen in de Europese Unie zouden moeten gelden! Hoe verwoord je de wet, wees concreet, actiepunten (geld) etc. 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2:
Maak een wet van jou probleem die in alle landen in de Europese Unie zouden moeten gelden. Dus niet alleen in Nederland. Stuur dit naar: d.schmeier@carmelemmen.nl

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies