2.2: Van handwerk naar machine

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Van handwerk naar machine

Slide 4 - Tekstslide

De eerste fabrieken
  • 1760: eerste fabrieken
  • Daarvoor:
  • -> landbouw
  • -> huisnijverheid

Slide 5 - Tekstslide

Van dit...
Naar dit...

Slide 6 - Tekstslide

van kleinschalige handmatige productie in de huisnijverheid...
... naar grootschalige machinale productie in fabrieken

Slide 7 - Tekstslide

Industriële revolutie
  • Begint in Groot-Brittannië
  • Uitvindingen:  stoommachine = betere mijnbouw, weefgetouw.
  • Hierdoor meer ijzer en steenkool:
     Deze zijn nodig voor de industrie

Slide 8 - Tekstslide

In Groot-Brittannië komt men makkelijk aan grondstoffen

Slide 9 - Tekstslide

Industriële revolutie
  • Ook zijn er méér mensen
  • Dus méér vraag naar spullen
     (zoals kleding)
  • Er komen dus machines om sneller kleding te maken
  • Ook werken minder mensen op het platteland en méér mensen in de fabrieken

Slide 10 - Tekstslide

De industriële revolutie
  • Industriële revolutie  = (grote veranderingen door) De komst van fabrieken en machines
  • Ontstaan van industriesteden
  • Boer werd arbeider
  • Stoommachine wordt uitgevonden

Slide 11 - Tekstslide

Maken:
blz. 22
Opdracht 1 t/m 8

Niet af? Huiswerk

Slide 12 - Tekstslide

Gevolgen van de industrialisatie
  • Industrialisatie = van landbouw samenleving naar industriële samenleving
  • Verstedelijking: Van platteland naar stad 
  • Nieuwe manier van vervoeren grondstoffen nodig: (infrastructuur)
  1. Via kanalen
  2. Via spoorweg

Slide 13 - Tekstslide

Gevolgen van de industrialisatie
  • Bezit van (landbouw)grond was niet meer belangrijk
  • Bezit van geld (kapitaal) werd belangrijker
  • Geld in fabrieken zorgde voor nog meer geld
  • = Kapitalisme

Slide 14 - Tekstslide

Gevolgen van de industrialisatie
Ondernemers en fabriekseigenaren (kapitalisten) kregen van de regering alle vrijheid zodat de economie nog harder kon groeien. Rijken werden rijker!

Twee typen mensen: Arbeider en Fabriekseigenaar.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Huiswerk maken
Werkboek  blz. 22 en 23
Opdracht 9 t/m 11
Handboek blz. 30 t/m 32

Slide 17 - Tekstslide