H2 Par. 4 Kustvormen

      Welkom HV2A!
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Fabian 
Milan 
 
 
 
 
Floris 
Saar 
Merlijn 
Joep 
 
Tijn 
Thorsten 
 
Siem 
Kuzey 
 Gregory 
Collin 
 
Fleur 
Maryan 
 
Isabelle 
Melat 
Eleonoor 
Bente 
 
Thomas 
 
 
Jurrijn 
Sebastian 
om HV2A
Ga alvast zitten volgens de plattegrond. 
Leg je spullen alvast klaar op tafel.
Tassen voor op het rek.

 
 
 
 
 
 
 
 
 
Fabian 
Milan 
 
 
 
 
Floris 
Saar 
Merlijn 
Joep 
 
Tijn 
Thorsten 
 
Siem 
Kuzey 
 Gregory 
Collin 
 
Fleur 
Maryan 
 
Isabelle 
Melat 
Eleonoor 
Bente 
 
Thomas 
 
 
Jurrijn 
Sebastian 

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

      Welkom HV2A!
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Fabian 
Milan 
 
 
 
 
Floris 
Saar 
Merlijn 
Joep 
 
Tijn 
Thorsten 
 
Siem 
Kuzey 
 Gregory 
Collin 
 
Fleur 
Maryan 
 
Isabelle 
Melat 
Eleonoor 
Bente 
 
Thomas 
 
 
Jurrijn 
Sebastian 
om HV2A
Ga alvast zitten volgens de plattegrond. 
Leg je spullen alvast klaar op tafel.
Tassen voor op het rek.

 
 
 
 
 
 
 
 
 
Fabian 
Milan 
 
 
 
 
Floris 
Saar 
Merlijn 
Joep 
 
Tijn 
Thorsten 
 
Siem 
Kuzey 
 Gregory 
Collin 
 
Fleur 
Maryan 
 
Isabelle 
Melat 
Eleonoor 
Bente 
 
Thomas 
 
 
Jurrijn 
Sebastian 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Planning 
8-1
9-1
15-1
16-1
22-1
2.4
Herhaling 
2.1 en 2.2
+
SO Bespreken
Herhaling 2.3 en 2.4
REP H2

2.1 t/m 2.4
Start H6 par. 1
Planning aankomende weken

Slide 3 - Tekstslide

Het verval in de bovenloop is .... en in de benedenloop ....

A
klein, groot
B
groot, gemiddeld,
C
klein, gemiddeld
D
groot, klein

Slide 4 - Quizvraag

Het verhang is:
A
de hoeveelheid water die door de rivier stroomt
B
De snelheid van het water
C
Het hoogteverschil van de rivier tussen 2 punten
D
het hoogteverschil van de rivier per kilometer

Slide 5 - Quizvraag

Bereken het verhang met een hoogteverschil van 25 meter. De afstand tussen plaats A en plaats B is 200 kilometer. Bereken het verhang.

Slide 6 - Open vraag

wat is het verval?
A
hoogteverschil tussen 2 punten langs rivier.
B
de snelheid van de rivier
C
hoogteverschil per kilometer
D
geen van alle

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen paragraaf 4
  • Welke factoren de hoogte en de kracht van golven bepalen.
  • Waarom sommige golven de kust opbouwen en andere golven de kust afbreken.
  • Hoe een afbraakkust wordt gevormd.
  • Hoe een aanslibbingskust wordt gevormd.

Slide 9 - Tekstslide

Golven

Slide 10 - Tekstslide

Wat heeft invloed op de hoogte en kracht van een golf?
Door de kracht van golven  veranderen kusten  voortdurend van uiterlijk.
sommige kusten: afbraak
 andere kusten: opbouw.


3 factoren bepalen kracht en hoogte golf: 
  • Kracht van de wind
  • Periode dat de wind waait
  • De afstand van de golf

Slide 11 - Tekstslide

De branding

Slide 12 - Tekstslide

Branding
Als golven in ondiep water komen, breken ze. = de branding
 Voorbij de branding stroomt het water het strand op. de kracht van de terugstroom bepaalt of de kust: 
  • Wordt opgebouwd (zwakke terugstroom)
  •  wordt afgebroken (sterke terugstroom)

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld van een Afbraakkust is een Klifkust.

Slide 14 - Tekstslide

Winterstormen
Zware stormen Zuid-Engeland en Ierland: 
  • lagedrukgebieden boven de Atlantische Oceaan.
  •  grensgebied warme en koude lucht.
  •  grootste temperatuurverschillen herfst en winter
  • grotere luchtdrukverschillen = hardere winden en hogere golven
Hoge drukgebieden:  Droog en zonnig weer.
Lage drukgebieden:  Bewolkt en regenachtig weer.


Slide 15 - Tekstslide

Gevolg winterstormen
 Gevolgen:
  •  afbraak kusten en zware overstromingen.
  • Stormen 2013 en 2014: evacuaties, doden, waterschade.

Slide 16 - Tekstslide

      Welkom HV2A!
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Fabian 
Milan 
 
 
 
 
Floris 
Saar 
Merlijn 
Joep 
 
Tijn 
Thorsten 
 
Siem 
Kuzey 
 Gregory 
Collin 
 
Fleur 
Maryan 
 
Isabelle 
Melat 
Eleonoor 
Bente 
 
Thomas 
 
 
Jurrijn 
Sebastian 
om HV2A
Ga alvast zitten volgens de plattegrond. 
Leg je spullen alvast klaar op tafel.
Tassen voor op het rek.

 
 
 
 
 
 
 
 
 
Fabian 
Milan 
 
 
 
 
Floris 
Saar 
Merlijn 
Joep 
 
Tijn 
Thorsten 
 
Siem 
Kuzey 
 Gregory 
Collin 
 
Fleur 
Maryan 
 
Isabelle 
Melat 
Eleonoor 
Bente 
 
Thomas 
 
 
Jurrijn 
Sebastian 

Slide 17 - Tekstslide

Wat gaan we doen deze les?
  • We beginnen met het laatste stukje van paragraaf 2.4
  • Hierna ga je aan de slag met het maken van de laatste opdrachten van 2.4.
  • Laatste 15 min herhaling van paragraaf 3 en 4. 

Slide 18 - Tekstslide

Wat heeft invloed op de hoogte en kracht van een golf benoem drie factoren?

Slide 19 - Open vraag

Breken golven de kust af of bouwen ze het op?

Slide 20 - Open vraag

De Zee bouwt op
Bij vlakke, schuine kusten glijden golven de kuststrook op.
  • zand wordt afgezet: strand
  • de kust wordt opgebouwd door een zwakke terugstroom: aanslibbingskust

Slide 21 - Tekstslide

VB: Nederland
  • Er ontstaan zandbanken die bij eb  gedeeltelijk droogvallen.
  •  Als ze opdrogen, neemt de wind het zand van de strandwallen mee naar de kust.
  • zo ontstaan kustduinen.

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Aan de slag:
Wat?
§2.4 Opdrachten: 1 t/m 7
Hoe?
Eerste 10 minuten zelfstandig en in stilte.
Hierna mag je samenwerken en overleggen
Waar?
Learnbeat (via magister -> leermiddelen) 
Hulp?
- Theorie (                = bovenin links)
- Atlas 
- Docent 
Klaar?
Nakijken paragraaf 2.4
Hiermee klaar: leren voor het Proefwerk!
Niet af?
Huiswerk voor volgende les
Oefenen met de leerstof
timer
10:00

Slide 24 - Tekstslide

Wat heeft invloed op de hoogte en kracht van een golf?

Slide 25 - Open vraag

Breken golven de kust af of bouwen ze het op?

Slide 26 - Open vraag

Bovenloop
  • Eerst Gletsjerrivier maar al snel > Gemengde rivier (combinatie smeltwater, regenwater)
Kenmerken:
- hoge stroomsnelheid
 - veel erosie
 - diepe V-dalen

Slide 27 - Tekstslide

De Boven-Rijnse laagvlakte
Kenmerken:
  • Rijn stroomt door een slenk, tussen horsten door (Rijndalslenk is miljoenen jaren geleden ontstaan)
  • Rivier stroomt langzamer (minder erosie)
  • De Rijn is goed bevaarbaar.

Slide 28 - Tekstslide

De Boven-Rijnse laagvlakte
Gevolg van 
  • Rivier gaat steeds bredere bochten maken (meanders)
  • Rivier stroomt sneller in de buitenbocht (erosie)
  • Rivier legt sedimenten neer in binnenbocht

Slide 29 - Tekstslide

Paragraaf 4
  • Welke 3 factoren bepalen de kracht en de hoogte van golven?
  • Wat gebeurd er bij een sterkte terugstroom?
  • Wat gebeurd er bij een zwakke terugstroom?

Slide 30 - Tekstslide