3.3 plus opdrachten

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 1

3.3 Brood en Spelen.

Agenda: 

paragraaf 3.3 

opdrachten uit werkboek

Leerdoel 

Aan het einde van deze les weet je hoe de mensen in de stad Rome leefden. 

Leven op het platteland

• De meeste Romeinen werkten in de landbouw, vandaar dat het een agrarisch-stedelijke samenleving was.
• In Rome ontstond een rijke bovenlaag (elite) van grootgrondbezitters.
• Deze Romeinen woonden niet altijd in de stad Rome, vaak gingen ze naar het platteland waar het fijner wonen was.

Leven in de stad I

• Heel veel Romeinen waren arm.
• Groot deel was ooit boer geweest, maar zij hadden hun boerderij moeten verkopen. 
• Deze verarmde boeren leven samen met het gewone volk en er was weinig werk voor hen.
• Deze groep werd steeds armer zij hadden alleen hun kinderen (proles) nog. Vandaar de naam proletariërs.

Leven in de stad II

De rijke Romeinen gebruikten brood en spelen  om het volk tevreden te houden. 

Zij hebben villa's zowel in de stad Rome als op het platteland Deze groep zat in het bestuur en ze gaven leiding aan het leger.

Werkboek

Maak zelfstandig dus zonder te praten van 3.3 

opdracht 3 a, b, c en 5 a

Vrijen en slaven

Helemaal onderaan de samenleving stonden de slaven.

Je kon geboren worden als slaaf of tot slaaf worden gemaakt.

Sommige slaven hadden geluk die werden vrijgelaten. 

Colosseum

• Het Colosseum is het grootste theater. 
  
• De Romeinen noemden dit het Amfitheater 
• In het Colosseum werden gladiatoren spelen georganiseerd.

Net als bij een modern stadion was (een deel van) de tribune overdekt met zonneschermen (velarium). Soms waren er de hele dag spelen, en dan moet je wel bescherming kunnen zoeken tegen de zon.

Vlakbij het Colosseum lagen vier gladiatorenscholen. Eén van deze scholen stond met een ondergrondse gang in verbinding met het Colosseum.

Behalve gladiatorengevechten zijn er bij de opening ook zeeslagen nagespeeld. De arena werd dan gevuld met miljoenen liters water, en schaalmodellen van de schepen speelden de zeeslag dan na.

De loge van de Keizers

In de catacomben onder de arena-vloer wachtten de gladiatoren en de wilde dieren tot ze mogen vechten.

Gladiatoren

• Hoewel veel gladiatoren slaven zijn (geweest), zijn het echte sterren. 

• Een goede gladiator (de naam komt van gladius, het korte zwaard) is daarom duur. 

• Gevechten op leven en dood komen voor, maar worden als het even kan, voorkomen.

Circus Maximus

• Paardenrenbaan in Rome.
• Bij deze wedstrijden werd
   vaak gegokt.
• De paardenrennen waren
    levensgevaarlijk voor de
    ruiters en de paarden.

Het Circus Maximus was een groot stadion in Rome. Het circus werd voornamelijk gebruikt voor de populaire wagenrennen.

Het wagenrennen was levensgevaarlijk. Snelheden van meer dan 70 km/u kwamen voor, en in de smalle bochten was het dringen geblazen. Het publiek vond het prachtig. Overigens ook om met elkaar op de vuist te gaan: als hun renner niet had gewonnen, gingen hooligans met elkaar in gevecht.