vrijdag 21-1

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

 Zinsontleding

 & 

Werkwoordspelling

Zinsontleding in stappen:

1. Onderstreep de persoonsvorm (pv.)

2. Zet de strepen tussen de zinsdelen

3. Benoem het onderwerp van de zin (ow.)

4. Benoem het werkwoordelijk gezegde (wwg. of wg.)

Hoe vind je de persoonsvorm?

Hoe vind je het onderwerp?

Hoe vind je het werkwoordelijk gezegde?

Ontleed de volgende zinnen:

1. De CEO van de Rabobank weigerde zijn salaris in te leveren.

2. Binnenkort zal de gemeente het stadspark vernieuwen.

3. Denk je dat die ruzie ooit bijgelegd wordt?

4. De oude, verroeste auto die mijn oom afgelopen zomer huurde is nu 

total-loss verklaard.

De CEO van de Rabobank /weigerde/ zijn salaris/ in te leveren.

Binnenkort /zal/ de gemeente/ het stadspark/ vernieuwen.

Denk/ je/ dat/ die ruzie/ ooit/ bijgelegd/ wordt?

De oude, verroeste auto die mijn oom afgelopen zomer huurde /is/ nu/

total-loss/ verklaard

Werkwoordspelling 

(zwakke ww.) in stappen:

1. Bepaal of het werkwoord sterk of zwak is

2. Bepaal enkelvoud of meervoud

3. Kijk naar de laatste letter van ww. zonder -en.

Zit die letter in 't kofschiptaxi?

Ja = te(en)   Nee = de(n)

Welke letters van 't kofschiptaxi zijn eigenlijk belangrijk?

Door een defecte wekker ... ik bijna de schoolbus

1. miste
2. mistte
3. misten
4. mistten

De agenten ... gisteren een kindje uit een snikhete auto.

1. bevrijde
2. bevrijdde
3. bevrijden
4. bevrijdden

Geduldig ... de kinderen nu in een lange rij voor de achtbaan

1. wachte
2. wachtte
3. wachten
4. wachtten

De omroepers ... daarnet dat die vlucht geannuleerd was.

1. melde
2. meldde
3. melden
4. meldden