Gesprekken Quiz
1 / 16
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een kenmerk van een dialoog?
A
tegenstrijdige belangen
B
evenwicht in het gesprek
C
de baas staat boven het personeel
D
men is boos op elkaar
Slide 2 - Quizvraag
Een directieve gesprek is een gesprek waarbij de hulpverlener:
A
het initiatief bij de cliënt laat
B
een gesprek via een collega laat lopen
C
actief stuurt en initiatieven neemt
D
de cliënt stimuleert om te handelen
Slide 3 - Quizvraag
Een non verbale
luistervaardigheid is:
luistervaardigheid is:
A
houding
B
samenvatten
C
reflecteren
D
hummen en knikken
Slide 4 - Quizvraag
Wat kan je doen om het vertrouwen van je cliënt te krijgen tijdens een gesprek?
A
Veel informatie geven
B
Je informatie steeds blijven herhalen
C
Terughoudend met ad-viezen en oplossingen
D
Dreigen met maatregelen
Slide 5 - Quizvraag
Waarom nemen cliënten niet
altijd informatie in zich op ?
altijd informatie in zich op ?
A
Cliënt wilt niet luisteren
B
Cliënt heeft weerstand
C
Cliënt is niet gemotiveerd
D
Cliënt begrijpt je niet
Slide 6 - Quizvraag
Wat werkt het beste bij een probleemoplossend gesprek?
A
De cliënt zelf laten kiezen
B
Een keuze voor de cliënt maken
C
Meegaan met de emotie van de cliënt
D
Zoveel mogelijk oplossingen bedenken
Slide 7 - Quizvraag
Zet het verloop van een probleemoplossend gesprek in de juiste volgorde
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Bedenken van acties/oplossingen
Selecteren van acties/oplossingen
Probleem helder krijgen
Opstellen van bijhorende doelen
Slide 8 - Sleepvraag
Wat is een sociale kaart
A
overzicht van sociale emoties van de cliënt
B
overzicht van jaarlijkse overlegvormen
C
overzicht van zorg en welzijn voorzieningen
D
overzicht van familie en vrienden
Slide 9 - Quizvraag
Bij een voorstel:
A
Analyseer je het probleem
B
Inventariseer je voor/tegen argumenten
C
Vang je de reacties op
D
Dien je een besluit in
Slide 10 - Quizvraag
Zet in de juiste volgorde
Klap uitdelen
Stoom ablazen
Argumenten
Samen oplossen
Slide 11 - Sleepvraag
Kijkend naar de groepsrollen van Belbin:
een groepswerker is iemand met
een groepswerker is iemand met
A
daadkracht
B
denkkracht
C
wilskracht
D
gevoel
Slide 12 - Quizvraag
Goede feedback begint met
A
wat de ander verkeerd doet
B
de 'jij'boodschap
C
wat de ander anders kan doen
D
de 'ik' boodschap
Slide 13 - Quizvraag
Bij opbouwende feedback
A
vertel je duidelijk wat je aan het gedrag van de ander veranderd wilt zien
B
vertel je duidelijk wat je waardeert, wat beter kan en waarom
C
koppel je de informatie van de ene persoon aan de andere terug
D
vertel je duidelijk wat de ander verkeerd doet
Slide 14 - Quizvraag
De verdedigingsreactie,
"jij doet toch ook wel eens iets verkeerd", is:
"jij doet toch ook wel eens iets verkeerd", is:
A
ontkenning
B
verdringing
C
rationalisatie
D
projectie
