In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Welkom!
11-09-2020
Ontwikkelingspsychologie
Boek onderwijsassistent, thema 9 theorieën.
Slide 1 - Tekstslide
Boek onderwijsassistent
Thema 9: Theorieën
Leerproblemen
Gedragsproblemen
Opvoedingsproblemen
Maatschappelijke problemen 11-09-2020
De psychoanalyse
De leertheorie
Het interactiemodel
Het ecologische model
Slide 2 - Tekstslide
Zelfstandig aan de slag
Lezen boek Onderwijsassistent, thema 9
9.1 t/m 9.4
Slide 3 - Tekstslide
Leer-, gedrags- of opvoedingsproblemen
In elke klas kinderen met leer-, gedrags- of opvoedingsproblemen. Dit zou toenemen in de klas.
Rol Onderwijsassistent:
Herkennen problematiek .
Weten hoe je ze (indien mogelijk) kunt voorkomen .
Weten hoe je ze aan kunt pakken .
Slide 4 - Tekstslide
9.1 Problemen op school
Leerproblemen
Gedragsproblemen
Opvoedingsproblemen
Vaak komen ze samen voor
Slide 5 - Tekstslide
9.1 Leerproblemen
Leerproces stagneert (bijv. concentratieprobleem)
Tijdelijk van aard
Geen aandoening
Externe factoren. Bijvoorbeeld thuissituatie, ziekte enz. Maar ook systeem gerelateerd: Een didactische of pedagogische aanpak past niet bij de leerling.
vb: een doener moet veel stilzitten, visueel ingesteld kind moet veel luisteren enz.
Slide 6 - Tekstslide
9.1 Leerstoornis
Problemen met het verwerven, onthouden of toepassen van specifieke vaardigheden of informatie (automatiseren)
Probleem is blijvend (niet tijdelijk van aard)
Interne factoren: komt van binnenuit, zit in kind/persoon zelf
Wel een normale intelligentie!!!!
vb: een kind met dyslexie, dyscalculie, etc.
Slide 7 - Tekstslide
Dyslexie
Letterlijk: Niet kunnen lezen.
Een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en vlot toepassen van het lezen en spellen op woordniveau.
Kenmerken: letters verwarren en omdraaien, langzaam leestempo, veel fouten, moeite met tekstbegrip, moeite met lettergrepen.
Slide 8 - Tekstslide
Dyscalculie
Letterlijk: Niet kunnen rekenen.
Problemen met het leren en automatiseren van basisvaardigheden van rekenen.
Kenmerken: langzaam, weinig inzicht, moeite met eenheden enz.
Slide 9 - Tekstslide
Gedragsproblemen
Gedragsprobleem: Ongewenst gedrag komt vaak en langdurig voor.
Subjectief, de één vindt bepaald gedrag eerder een probleem dan de ander.
Gedragsstoornis: extreem probleemgedrag houdt lang aan en past niet meer bij de ontwikkelingsfase van het kind.
Slide 10 - Tekstslide
Noem zoveel mogelijk vormen van gedragsproblemen als je naar je stage ervaring kijkt.
Slide 11 - Woordweb
9.2 Gedragsproblemen
Twee soorten gedragsproblemen Externaliserend probleemgedrag:
Storend gedrag voor de omgeving
Ongehoorzaamheid, driftbuien, druk- of agressief gedrag, pestgedrag, vernielzucht.
Internaliserend probleemgedrag:
Naar binnen gericht gedrag:
Somberheid en faalangst.
Slide 12 - Tekstslide
9.3 opvoedingsproblemen
Ouders/verzorgers weten niet goed meer hoe ze met het gedrag van hun kind om moeten gaan. De relatie (ouder-kind) komt hierdoor onder druk te staan.
Kleinere gezinnen -> problemen vallen eerder op.
Bijv. brutaal gedrag, te laat komen, spijbelen.
Slide 13 - Tekstslide
Herken je de eerder uitgelegde problemen in de praktijk? Licht toe. Welke problematiek zie je?
Slide 14 - Open vraag
Wat denk jij? Waardoor ontstaan deze problemen? Maatschappelijke veranderingen?
Slide 15 - Open vraag
9.4 Maatschappelijke veranderingen?
Vrouwen gaan steeds meer werken binnen een gezin.
Meer echtscheidingen.
Samenstelling van een gezin verandert vaker.
Opvoeding verandert: wie is de ‘baas’ binnen een gezin?
Minder strenge ouders.
Verantwoordelijkheid van opvoeding wordt bij andere instanties gelegd.
Massamedia: kinderen worden vroeger geconfronteerd met heftige beelden.
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
9.4 Theorie
Sommige theorieën gaan ervan uit dat gedrag met aanleg te maken heeft, andere theorieën zoeken de oorzaak in de omgeving.
Wat betekent de term theorie in deze context?
Theorie: een geheel van ideeën, voorspellingen en verklaringen rond een bepaald thema.
Slide 18 - Tekstslide
9.4 Nature vs nurture
Nature: het gedrag heeft te maken met aanleg, aangeboren gedrag.