3.2 Wie is de baas? Deel 1

Vak: Economie 
Hoofdstuk: 3.2
1.
Lesopening
2.
Lesdoel & Leergebiedoverstijgende doelen
3. 
Mini-check & arrangementen
4. 
Instructie 
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vak: Economie 
Hoofdstuk: 3.2
1.
Lesopening
2.
Lesdoel & Leergebiedoverstijgende doelen
3. 
Mini-check & arrangementen
4. 
Instructie 
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
Pak je boek van economie en je schrift van economie. 
Laat je boek nog even dicht op tafel liggen. 


Huiswerk controle: 
3.1 opdracht 9 t/m 15.




Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoelen & Leergebiedoverstijgende doelen
Aan het einde van de les: 
- weet je wat een arbeidsovereenkomst en wat een proeftijd is. 

Leergebiedoverstijgende doelen:
Opkomen voor jezelf
- Vraag hulp over hoe je iets het beste aan kan pakken
- Vraag hulp aan de juiste persoon (iemand die jou ook echt kan helpen)

Slide 3 - Tekstslide

3. Mini-check & arrangementen
Verdiept arrangement (8 of hoger): Niemand

Iedereen doet mee met de mini-check.

Slide 4 - Tekstslide

Een werkgever is
A
iemand die minstens tien mensen in dienst heeft.
B
iemand die een of meer mensen laat werken.
C
iemand die anderen het werk laat doen.
D
iemand die een of meer mensen in loondienst heeft.

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een werknemer?
A
Een bedrijf die mensen in dienst heeft
B
Een leerling
C
Iemand die bij een bedrijf/winkel werkt
D
De baas

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een arbeidsovereenkomst?
A
Een groep bedrijven die hetzelfde doen
B
Werk bij een uitzendbureau
C
Een afspraak tussen werkgever en werknemer.
D
Een afspraak tussen klant en verkoper

Slide 7 - Quizvraag

Wat is een proeftijd?
A
Een periode waarin de werkgever meteen kan opzeggen als het werk niet bevalt.
B
Een periode waarin de werknemer kan opzeggen als het werk niet bevalt.
C
Een periode waarin de werknemer en werkgever meteen kunnen opzeggen als het niet bevalt.
D
Een periode waarin eten gratis geproefd mag worden

Slide 8 - Quizvraag

Wie maakt wat? 
Had je alle vragen goed? Dan ga je zelfstandig aan de slag met opdracht 16 t/m 22 op blz. 72 t/m 73

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 9 - Tekstslide

werknemer & werkgever 
werknemer: je doet betaald werk in dienst van een baas. 

werkgever = de baas
Hij/zij heeft meerdere personen in dienst aan wie hij loon betaalt. 

Slide 10 - Tekstslide

Arbeidsovereenkomst

Slide 11 - Tekstslide

Proeftijd

  • Bij een nieuwe baan spreek je een proeftijd af om te kijken of het bevalt.
  • Tijdens de proeftijd mag de werknemer en/of de werkgever op ieder moment de arbeidsovereenkomst beëindigen.
  • Mag maximaal 2 maanden duren 


Slide 12 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Vind je het nog lastig of had je alle vragen van de mini-check fout? Dan maken we samen opdracht 20

De rest gaat zelfstandig aan de slag met opdracht 16 t/m 22 op blz. 72 t/m 73

Slide 13 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig 3.2 opdracht 16 t/m 22 op blz. 72 t/m 73



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na en verbeter je.
Daarna maak je de plusopdrachten 7 t/m 11 op blz. 92.
timer
1:00

Slide 14 - Tekstslide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog opdrachten waar je moeite mee hebt?

Evaluatie lesdoelen: 
- weet je wat een arbeidsovereenkomst en wat een proeftijd is? 

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk en toetsen
Huiswerk: 
Woensdag 21 december
3.2 opdracht 16 t/m 22 
Toetsen: 


Slide 16 - Tekstslide