Oefenen met de voltooide tijd

• NT2
• MBO
• Studiejaar 1

Oefenen met het voltooid deelwoord 

Kies het goede 

voltooid  deelwoord.

Welk voltooid deelwoord is goed?
Gisteren ben ik naar school ...... (fietsen)

1. befietst
2. gefietsd
3. gefietst

Welk voltooid deelwoord is goed?
Vorige week heb ik tot 22.00 uur
.......... (werken)

1. gewerkt
2. gewerkend
3. gewerkd

Welk voltooid deelwoord is goed?
Het meisje heeft .......... (huilen)

1. huilende
2. gehuilt
3. gehuild

Welk voltooid deelwoord is goed?
De jongen heeft ............. (zwemmen)

1. zwemde
2. gezwommen
3. gezwemd

Welk voltooid deelwoord is goed?
Vanmorgen heeft het hard .......... (regenen)

1. geregend
2. geregent
3. regendend

Welk voltooid deelwoord is goed?
De boom is omgevallen, want het heeft hard .......... (waaien)

1. gewaaiend
2. gewaaid
3. gewaait

Welk voltooid deelwoord is goed?
Mijn opa heeft in de oorlog .......... (leven)

1. geleefd
2. gelevend
3. geleeft

Welk voltooid deelwoord is goed?
Ik heb met de trein naar Rotterdam
.......... (reizen)

1. gereisd
2. gereizd
3. gereist

Goed of fout?

Anton en Sofia heeft samen gedronken

1. goed
2. fout

Ik heb de hond uitgelaat

1. goed
2. fout

De docent heeft de les uitgelegd

1. goed
2. fout

De buren zijn op bezoek gekomen

1. goed
2. fout

De kat hebt de muis gevangen

1. goed
2. fout

Maak het voltooid deelwoord.

Vul het goede voltooid deelwoord in.

Gisteren ben ik naar school ...................... (wandelen)

Vul het goede voltooid deelwoord in.

Ik heb mijn tanden .................... (poetsen)

Vul het goede voltooid deelwoord in.

Het meisje heeft ...................... (schreeuwen)

Vul het goede voltooid deelwoord in.
Vanmorgen heeft het hard ...................... (regenen)

Vul het goede voltooid deelwoord in.
In januari heeft het ............... (sneeuwen)

Kies en maak een voltooid deelwoord dat past in de zin.

Kies een voltooid deelwoord
Tolga en Jan hebben samen .......

Kies een voltooid deelwoord
Gisteren heb ik mijn verjaardag .............

Kies een voltooid deelwoord
Jullie hebben in het bos ...............

Kies een voltooid deelwoord
Hij heeft een boek ...............