3H1 Have Fun 02/10/2018

GOOD MORNING

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

GOOD MORNING

Slide 1 - Tekstslide

PLANNING
  1. LESSON AIMS
  2. GRAMMAR INSTRUCTION
  3. PRACTICE 
  4. STONES
  5. EVALUATION
  6. HOMEWORK


Slide 2 - Tekstslide

LESSON AIMS
BY THE END OF THIS LESSON YOU WILL 
- know how to form short yes/no answers
- know at least 3 translations of stone 3



Slide 3 - Tekstslide

In English, it's rude to just answer 'yes' or 'no' to a question.
A
True
B
False

Slide 4 - Quizvraag

How do you have to respond to be polite?

Slide 5 - Open vraag

Uitleg

In het Engels is het beleefd om een vraag niet alleen met ja/nee te antwoorden.


Na ja of nee gebruik je het werkwoord en het onderwerp uit de vraagzin in het antwoord.

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeelden

Did she go to school yesterday? 
- Yes, she did.
- No, she didn't.


Could I borrow your pen?
- Yes, you can.
- No, you can't.

Slide 7 - Tekstslide

Hoe vorm je een ja/nee antwoord?


1. Je begint met ja/nee.
2. herhaal het onderwerp uit de vraag.
3. herhaal het eerste werkwoord uit de vraag.


Slide 8 - Tekstslide

Let op!


*** Bij 'you' in een vraag gebruik je 'I' in het antwoord.

Are you interested in comic books?
- Yes, I am.
- No, I am not.


Slide 9 - Tekstslide

Let op!


*** Bij 'you' in een vraag gebruik je 'I' in het antwoord.

Are you interested in comic books?
- Yes, I am.
- No, I am not.


Slide 10 - Tekstslide

Let op!

*** Als het antwoord met 'NO' begint, dan zet je not achter het werkwoord.


Could he help me with my homework?
- Yes, he could.
- No, he couldn't.

Slide 11 - Tekstslide

In het kort

Een ja/nee antwoord in het Engels ziet er als volgt uit:
- Yes/No - onderwerp - werkwoord (+ not).


*Zie je 'you' in de vraag, dan gebruik je 'I' in jouw antwoord.
*Begint jouw antwoord met No, dan zet je not achter het werkwoord.

Slide 12 - Tekstslide

PRACTICE 
WHAT? Give short yes/no answers to the questions on the worksheet
HOW? Individually, in silence
HELP? Ask the teacher
TIME? 12 minutes
DONE? Study grammar 2 "may, might, and be allowed to" and start exercises 13 and 14

timer
12:00

Slide 13 - Tekstslide

PRACTICE 
WHAT? Do exercises 21 and 22. Study stone 3 on page 14 of your textbook
HOW? Check in duos. Work on your own for 10 minutes, and use the last 5 minutes to compare answers
HELP? Ask the teacher
TIME? 15 minutes
DONE? Continue your alter ego story

timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide

WAT GING GOED TIJDENS HET OEFENEN?

Slide 15 - Open vraag

HOMEWORK
- STUDY IRREGULAR VERBS 1-72
- STUDY STONES 1-3
- DO EXERCISES 13 AND 14
HOMEWORK CHECK TOMORROW

Slide 16 - Tekstslide