K2a en K2d H3 samenhang teksten
Wat betekent 'samenhang' in teksten?
A
Woorden staan naast elkaar.
B
Zinnen en alinea's staan in een bepaalde volgorden en hebben iets met elkaar te maken.
1 / 10
Onderdelen in deze les
Wat betekent 'samenhang' in teksten?
A
Woorden staan naast elkaar.
B
Zinnen en alinea's staan in een bepaalde volgorden en hebben iets met elkaar te maken.
Slide 1 - Quizvraag
Is dit juist?
Schrijvers gebruiken vaak signaalwoorden die laten zien wat ze met elkaar te maken hebben.
Schrijvers gebruiken vaak signaalwoorden die laten zien wat ze met elkaar te maken hebben.
A
ja
B
nee
Slide 2 - Quizvraag
Is dit een opsomming?
Eerst ga ik koken, daarna ga ik eten en ten slotte ruim ik alles op.
Eerst ga ik koken, daarna ga ik eten en ten slotte ruim ik alles op.
A
ja
B
nee
Slide 3 - Quizvraag
Aan welke signaalwoorden kan je zien dat er een opsomming wordt gedaan?
Eerst ga ik koken, daarna ga ik eten en ten slotte ruim ik alles op.
Eerst ga ik koken, daarna ga ik eten en ten slotte ruim ik alles op.
A
Eerst
B
Daarna en ten slotte
C
Eerst, daarna
D
Eerst, daarna, ten slotte
Slide 4 - Quizvraag
Met een 'tegenstelling' bedoelen we:
A
tegenovergestelde van elkaar
B
hetzelfde woord
Slide 5 - Quizvraag
Is dit een tegenstelling?
Ik eet graag koekjes , maar ik eet liever chocolade.
Ik eet graag koekjes , maar ik eet liever chocolade.
A
ja
B
nee
Slide 6 - Quizvraag
Als je het woord 'ten slotte' ziet, denk je dan aan een opsomming of tegenstelling?
A
opsomming
B
tegenstelling
Slide 7 - Quizvraag
Welk woord is het signaalwoord?
Ik ga naar school, maar ik ben ziek.
Ik ga naar school, maar ik ben ziek.
A
ga
B
ziek
C
ik
D
maar
Slide 8 - Quizvraag
Waar zie je meestal de bron van een tekst?
A
die zie je nooit
B
bovenaan de tekst
C
onderaan de tekst
Slide 9 - Quizvraag
Schrijf een zin waarin je iets opsomt.
