Erfelijkheid les 3

Planning

Opfrissen 7.1 en 7.2

Video 7.3

Afmaken/nakijken 7.2 en 7.3

Uitleg 7.4

Start opdrachten 7.4

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Planning

Opfrissen 7.1 en 7.2

Video 7.3

Afmaken/nakijken 7.2 en 7.3

Uitleg 7.4

Start opdrachten 7.4

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Hoe ontstaat het fenotype?
  • Alle informatie uit het genotype+ invloeden uit het milieu
  • Je kan je fenotype veranderen, je genotype ....

Slide 3 - Tekstslide

46 chromosomen in paren van 2

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg jongen/ meisje
Aan de hand van aantekening maken.

Slide 5 - Tekstslide

Bouw van DNA

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Afmaken en nakijken


7.2 en 7.3


Klaar?

Doorlezen 7.4

timer
1:00

Slide 8 - Tekstslide

Chromosomen

Lichaamscellen (46) vs. geslachtscellen (23)


Maar binnen de 46/23

44/22 lichaamschromosomen

- 2/1 geslachtschromosomen = X of Y

Slide 9 - Tekstslide

En nu verder

Op de chromosomen liggen genen (1 erfelijke eigenschap)


allelen = verschillende vormen van hetzelfde gen.


Per gen (bv. oogkleur) heb je dus 2 allelen.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide


Als je steil haar hebt, zijn je genen voor de haarvorm gelijk aan elkaar. Je bent dan homozygoot voor de eigenschap steil haar.

Slide 12 - Tekstslide

Heb je 2 genen voor krullend haar, dan ben je homozygoot voor de eigenschap krullend haar.

Slide 13 - Tekstslide


1 gen voor steil haar en 1 gen voor krullend haar.

De twee genen zijn dan ongelijk.

Dan ben je heterozygoot voor de haarvorm.

Slide 14 - Tekstslide


Deze jongen heeft krullend haar.

Het gen voor krullend haar heeft invloed op het uiterlijk. Deze is dus eigenlijk sterker.


Dit noem je een dominant gen

Slide 15 - Tekstslide


Een dominant gen komt altijd tot uiting.



Gen voor steil haar noem je een recessief gen.

Slide 16 - Tekstslide

Als een dominant gen het uiterlijk bepaalt...


Kan het organisme homozygoot en heterozygoot zijn voor die eigenschap



Slide 17 - Tekstslide

IPV figuurtjes letters



Homozygoot krul = AA

Homozygoot steil = aa

Heterozygoot = Aa


geen P en p gebruiken

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide