Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Spelling: Hoofdletters & leestekens
1 / 26
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1-3
In deze les zitten
26 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Leestekens zijn belangrijk!
Slide 2 - Tekstslide
Hoofdletter
Het is belangrijk dat je weet wanneer je een hoofdletter gebruikt. Het heeft invloed op hoe begrijpelijk je tekst is.
Slide 3 - Tekstslide
Leestekens
Leestekengebruik is belangrijk! Het zorgt ervoor dat je tekst soepel leest.
Slide 4 - Tekstslide
Leestekens
Een zin eindigt met een leesteken.
Punt (gewone zin): De deelnemers presenteren hun act.
Vraagteken (vraagzin): Zijn ze erg zenuwachtig?
Uitroepteken (uitroep): Doe je best!
Slide 5 - Tekstslide
Komma
De komma is een korte pauze in een zin. Zonder de komma kan een zin verkeerd geïnterpreteerd worden.
Slide 6 - Tekstslide
Komma
De komma is een korte pauze in een zin.
Je gebruikt een komma...
bijvoorbeeld
als je iemand aanspreekt
'Hé, wat doe jij hier?'
tussen delen van een opsomming
In de zomer ga ik fietsen, zwemmen, wandelen en raften.
voor voegwoorden als: want, maar, omdat, zoals.
In deze zin staat een komma, want er staat een voegwoord in.
tussen twee persoonsvormen
Pas toen hij dat zei, vielen de puzzelstukjes op z'n plaats.
Slide 7 - Tekstslide
Leestekens
Slide 8 - Tekstslide
Voorbeelden van leestekens zijn:
A
dikgedrukte letters
B
schuingedrukte letters
C
titels van teksten
D
komma, hoofdletter, uitroepteken, punt
Slide 9 - Quizvraag
Kloppen de leestekens?
A
Bert als je klaar bent mag je gaan.
B
Bert, als je klaar bent mag je gaan.
C
Bert, als je klaar bent, mag je gaan.
D
Bert als je klaar bent, mag je gaan.
Slide 10 - Quizvraag
Het gebruik van leestekens vind ik...
A
Makkelijk
B
Moeilijk
C
Niet makkelijk, maar ook niet moeilijk
Slide 11 - Quizvraag
Kloppen de leestekens?
A
Rosie zei: 'Wie gaat er mee naar de Mac?'
B
Rosie zei Wie gaat er mee naar de Mac?
C
Rosie zei: Wie gaat er mee naar de Mac?
D
Rosie zei 'Wie gaat er mee naar de Mac?'
Slide 12 - Quizvraag
Voorbeelden van leestekens zijn:
A
dikgedrukte letters
B
schuingedrukte letters
C
titels van teksten
D
komma, uitroepteken, punt, vraagteken
Slide 13 - Quizvraag
(Leestekens en spaties)
De minister ........
A
zei: ' Ik wacht af. "
B
zei: "Ik wacht af."
C
zei: "Ik wacht af".
D
zei: "Ik wacht af"
Slide 14 - Quizvraag
Kloppen de leestekens?
A
Harm zei: "Doe dat nooit weer!"
B
Harm zei: "Doe dat nooit weer"!
C
Harm zei: "doe dat nooit weer! "
D
Harm zei, "Doe dat nooit weer!"
Slide 15 - Quizvraag
Bij welke kloppen de leestekens?
A
De bosmaaier start niet; de accu is leeg.
B
De bosmaaier start niet, de accu is leeg.
C
De bosmaaier start niet de accu; is leeg.
D
De bosmaaier start niet: de accu is leeg.
Slide 16 - Quizvraag
Bij welke kloppen de leestekens?
A
Als jullie klaar zijn, mogen jullie gaan?
B
Als jullie klaar zijn, mogen jullie gaan!
Slide 17 - Quizvraag
Hoe gebruik je leestekens?
A
Jasper zei:¨ Overmorgen ben ik jarig!´
B
Danique vroeg: wanneer ben jij jarig?
C
Elena zei ¨ik heb zin in het weekend!¨
D
Naomi zei: ik heb geen zin in huiswerk.
Slide 18 - Quizvraag
Kloppen de leestekens?
A
Robin zei: "Wie gaat er mee naar de Mac?"
B
Robin zei Wie gaat er mee naar de Mac?
C
Robin zei: Wie gaat er mee naar de Mac?
D
Robin zei "Wie gaat er mee naar de Mac?"
Slide 19 - Quizvraag
Hoe laat begint de les vandaag!
A
leestekens/hoofdletters zijn goed geschreven
B
leestekens/hoofdletters zijn fout geschreven.
Slide 20 - Quizvraag
We rijden vandaag door Nederland, België, en Luxemburg.
A
leestekens/hoofdletters zijn goed geschreven
B
leestekens/hoofdletters zijn fout geschreven.
Slide 21 - Quizvraag
Loop naar de maan.
A
De hoofdletters en leestekens kloppen.
B
De hoofdletters en leestekens kloppen niet.
Slide 22 - Quizvraag
Wil je kaas, jam of hagelslag op je boterham?
A
Hoofdletters en leestekens kloppen.
B
Hoofdletters en leestekens kloppen niet.
Slide 23 - Quizvraag
Op Maandag hebben we een toets.
A
De hoofdletters en leestekens kloppen.
B
De hoofdletters en leestekens kloppen niet.
Slide 24 - Quizvraag
In Maart ben ik jarig!
A
De leestekens zijn goed gebruikt.
B
De leestekens zijn fout gebruikt.
Slide 25 - Quizvraag
Gaad heelemaal goet Komen met die 'leestekens' en 'spelling, tog!
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 26 - Poll
Meer lessen zoals deze
Spelling: Hoofdletters & leestekens
28 dagen geleden
- Les met
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1-3
Spelling: Hoofdletters & leestekens
18 dagen geleden
- Les met
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1-3
Spelling: Hoofdletters & leestekens
14 dagen geleden
- Les met
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1-3
Spelling: Hoofdletters & leestekens
2 dagen geleden
- Les met
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1-3
Spelling: Hoofdletters & leestekens
13 dagen geleden
- Les met
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1-3
Spelling: Hoofdletters & leestekens
Oktober 2024
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1-3
Spelling: Hoofdletters & leestekens
25 dagen geleden
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1-3
2. Leestekens
Oktober 2024
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1-3