Les 5 grammatica (herhaling woordsoorten)

Welkom!
Ga zitten op je plek
Startopdracht: lees uit je leesboek
Een leesboek
Nieuw Nederlands boek
Schrift en pen
timer
15:00
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Ga zitten op je plek
Startopdracht: lees uit je leesboek
Een leesboek
Nieuw Nederlands boek
Schrift en pen
timer
15:00

Slide 1 - Tekstslide

Jeugdjournaal
Bedenk 2 inhoudelijke vragen
(waarop je zelf het antwoord ook weet)

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
1. Mededelingen
2. Terugblik
3. Lesdoel deze les
4. Woordsoorten (herhaling van vorig jaar)
5. Numo
6.  Huiswerk en evaluatie

Slide 3 - Tekstslide

Mededelingen
Zijn er dingen die ik moet weten?
Wie moet er nog een toets inhalen?

Slide 4 - Tekstslide

Terugblik
1. Ik kan het voorzetsel uit een zin halen.

Slide 5 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
Blz. 210
1/5

Slide 6 - Tekstslide

Lesdoel

Ik weet welke woordsoorten er zijn en kan deze toepassen.

Slide 7 - Tekstslide

Herhaling woordsoorten
Elk woord heeft los in de zin een functie. Elk woord hoort dus bij een ander woordsoort. 

Slide 8 - Tekstslide

Werkwoord
Een werkwoord zegt iets over wat iets of iemand doet of wat iets of iemand overkomt
Je kunt een werkwoord vervoegen, dat betekent dat je er verschillende werkwoordsvormen van kunt maken. 

Slide 9 - Tekstslide

Oefenen
1. De artiesten hebben een luid applaus gekregen. 
2. Deze liedjes hebben we nu al drie keer gehoord.
3. Lisa geeft geen antwoord, maar denkt: wat een zeurpiet is papa.
timer
1:00

Slide 10 - Tekstslide

Antwoorden
1. De artiesten hebben een luid applaus gekregen.
2. Deze liedjes hebben we nu al drie keer gehoord.
3. Lisa geeft geen antwoord, maar denkt: wat een zeurpiet is papa.

Slide 11 - Tekstslide

Lidwoord

Er zijn drie lidwoorden: de, het en een. Deze horen altijd bij een zelfstandig naamwoord

Slide 12 - Tekstslide

Oefenen
1. De uitnodiging heb ik gisteren al verstuurd. 
2. Voor de opdracht mogen de leerlingen samenwerken.
3. Voor het huis van de buren heeft de buurman een boom gezet.
timer
0:30

Slide 13 - Tekstslide

Antwoorden
1. De uitnodiging heb ik gisteren al verstuurd.
2. Voor de opdracht mogen de leerlingen samenwerken.
3. Voor het huis van de buren heeft de buurman een boom gezet.

Slide 14 - Tekstslide

Zelfstandig naamwoord
Een zelfstandig naamwoord is een woord voor een mens, dier plant of ding. 
Het heeft meestal een enkelvoud en een meervoud. Ook kan je er een verkleinwoord van maken en een lidwoord voor zetten. 

Slide 15 - Tekstslide

Oefenen
1. Deze opdracht is een alternatief voor de andere opdracht.
2. Na de zomer blijft het altijd nog even warm. 
3. Jan pakt zijn blauwe rugzak en gaat zitten op zijn plek.

timer
1:00

Slide 16 - Tekstslide

Antwoorden
1. Deze opdracht is een alternatief voor de andere opdracht.
2. Na de zomer blijft het altijd nog even warm.
3. Jan pakt zijn blauwe rugzak en gaat zitten op zijn plek.

Slide 17 - Tekstslide

Bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord geeft extra informatie over het zelfstandig naamwoord. Het staat ervoor of erachter.
Vaak heeft het een korte en een lange vorm en kun je het groter of kleiner maken. 

Slide 18 - Tekstslide

Oefenen
1. Mijn grote zus heeft gisteren een vervelende val gemaakt.
2. Skivakantie is de leukste vakantie die er is.
3. Die film is leuk, omdat er knappe acteurs inspelen.
timer
1:00

Slide 19 - Tekstslide

Antwoorden
1. Mijn grote zus heeft gisteren een vervelende val gemaakt.
2. Skivakantie is de leukste vakantie die er is.
3. Die film is leuk, omdat er knappe acteurs inspelen.

Slide 20 - Tekstslide

Voorzetsel
Geven vaak de plaats, de tijd of de reden/oorzaak aan. Je kunt er een lidwoord met een zelfstandig naamwoord achter zetten en het staat vaak aan het begin van een zinsdeel. 

Slide 21 - Tekstslide

Oefenen
1. In Groningen wonen vooral studenten.
2. Ik rende snel over de brug, omdat er een boot aankwam.
3. Door de jaren heen ben ik lang geworden, maar mijn broer ook.

timer
1:00

Slide 22 - Tekstslide

Antwoorden
1. In Groningen wonen vooral studenten.
2. Ik rende snel over de brug, omdat er een boot aankwam.
3. Door de jaren heen ben ik lang geworden, maar mijn broer ook.

Slide 23 - Tekstslide

Zelfstandig aan de slag
- Maak het werkblad in stilte
- Op het werkblad staat de opdracht: lees dus goed
- Vragen? Steek je vinger op
- Klaar? Ga aan de slag in Numo

timer
20:00

Slide 24 - Tekstslide

Numo
Ga in stilte aan de slag met je taak.
timer
20:00

Slide 25 - Tekstslide

Lesdoel

Ik weet weer welke woordsoorten er zijn en kan deze toepassen.

Slide 26 - Tekstslide

Evaluatie
Wat ging er goed deze les? 
Wat ging er minder goed?
Wat heb ik geleerd?

Slide 27 - Tekstslide