Welzijn kind en jongeren blok 4 OPVOEDEN

OPVOEDEN
wat betekent dit voor jou?
1 / 21
volgende
Slide 1: Woordweb
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

OPVOEDEN
wat betekent dit voor jou?

Slide 1 - Woordweb

Slide 2 - Video

Bij het opvoeden maak je gebruik van verschillende opvoedingstechnieken of -middelen. Welke opvoedingstechnieken kun je toepassen? Er zijn meer antwoorden mogelijk.
A
Grote beloning geven
B
Consequent zijn
C
Grenzen stellen
D
Goede voorbeeld geven

Slide 3 - Quizvraag

OPVOEDINGSTIJLEN
  1. Autoritaire opvoeding:   ouders bepalen wat er gebeurt.
  2. Anti-autoritaire opvoeding: Opvoedingsstijl waarin de ouders het kind helemaal vrij laten.
  3. Democratische opvoeding: ouders bepalen wat er gebeurt, maar de kinderen mogen soms mee beslissen. 
 

Slide 4 - Tekstslide

Je ziet hier 4 opvoedingsstijlen
4 ouderparen in de video hanteren één  van de 4 opvoedingsstijlen . Welk paar  hanteert welke opvoedingsstijl? 

Slide 5 - Tekstslide

Bram zijn ouders vinden een strenge opvoeding belangrijk.
Welke opvoedstijl hoort hierbij?
A
democratische opvoedstijl
B
anti-autoritaire opvoedstijl
C
laissez faire opvoedstijl
D
autoritaire opvoedstijl

Slide 6 - Quizvraag

Stelling:
Als je met kinderen speelt en omgaat ben je automatisch bezig met opvoeden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

ADHD
Kinderen en jongeren met ADHD zijn druk in hun gedrag. Ze hebben problemen met concentratie en worden snel afgeleid door alles wat er om hen heen gebeurt.
ADHD
Attention Deficit Hyperactivity Disorder

Slide 8 - Tekstslide

Ontwikkelingsstoornissen

ADHD = Attention Deficit Hyperactivty Disorder

ASS = Autisme Spectrum Stoornis

ODD = Oppositional Deficant Disorder

Slide 9 - Tekstslide

Zijn de volgende aandoeningen gedragsstoornissen of leerstoornissen?

Leerstoornis
Gedragsstoornis
ADHD
Dyscalculie
Dyslexie
PDD- NOS

Slide 10 - Sleepvraag

Waar of niet waar?

Van hoofdluis krijg je jeuk op je hoofd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Hoofdluis

Slide 12 - Tekstslide

Heeft een kind vies haar als hij/zij hoofdluis heeft?
A
ja
B
nee

Slide 13 - Quizvraag

Luizencontrole

Hoofdluis is beslist geen drama en u hoeft uzelf niets te verwijten als uw kind hoofdluis heeft. Hoofdluizen kunnen geen ziekten overbrengen. Het is onschadelijk, maar het kan veel jeuk geven. Door krabben kunnen er infecties ontstaan. Het krijgen van hoofdluis heeft niets te maken met schone of vieze haren.


Er bestaan twee soorten behandelingen om hoofdluis te verwijderen.

  1. De uitkambehandeling: Twee weken lang het haar dagelijks doorkammen met een fijntandige kam.
  2. De uitkambehandeling in combinatie met antihoofdluismiddel. Als je een antihoofdluismiddel gebruikt, is het belangrijk om ook dan het haar twee weken lang dagelijks te kammen met een fijntandige kam. 

Slide 14 - Tekstslide

Wat moet je doen bij hoofdluis?

Slide 15 - Open vraag

wat is dit??
A
Haar luis
B
Hoofdluis
C
Vlo
D
Haar vlo

Slide 16 - Quizvraag

Hoofdluis
Legt eitjes bij de haarschacht.
Voorkeur voor schoon haar.

Kammen boven witpapier.
14 dagen lang.

Omgeving op de hoogte brengen.

Slide 17 - Tekstslide

Hoofdluis 
10% van de basisschoolkinderen krijgt hoofdluis.
Neten
eitjes van de luis 
nek-achter de oren

Besmetting
vooral haar/haar contact

Slide 18 - Tekstslide

Het eitje van een hoofdluis heet een neet.



A
GOED
B
FOUT

Slide 19 - Quizvraag

Blok 4 Opvoeden opdrachten
  1. Vandaag starten met de power point maken. Docent deelt voorbeeld uit. In 2 tallen maken.
  2. Luizen: Zelf een flyer / folder poster  maken over luizen! 
  3. Mail sturen naar ouders betreft luizen, zie studiewijzer

Slide 20 - Tekstslide

Hoe vonden jullie de les?
Nog tips of tops voor docent
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll