Week 49

English
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

English

Slide 1 - Tekstslide

To Do:
  • Planning Term 2
  • Aims
  • Explanation of the assignment
  • Asking for and giving directions
  • Finish Taalblokken chapter 2: spoken interaction

Slide 2 - Tekstslide

Planning
Test Chapter 2 Taalblokken ( Week 3: 17 January 2020)

 Assignment: Welcome to London (Week 4: 24 January 2020)

                 
                 



Slide 3 - Tekstslide

Welcome to London
- Groepen van 2-4
- 3 routebeschrijvingen
- schriftelijke informatie over het openbaar vervoer in Londen
- schriftelijke informatie over uitgaan in Londen
- telefoongesprek waarin je informatie geeft over restaurants, bioscopen en theater.

Deadline: week 4 (24 januari 2020)

Vrijdag 6 december: les over Londen door Margriet, Natasja en Egbert.

Slide 4 - Tekstslide

Aims
After this lesson you should be able to ask for and give directions in English.

Slide 5 - Tekstslide

Directions
Discuss the following questions in pairs:

  • Have you ever asked for or given directions in English? 

  • Can you think of a situation in which you need to be able to ask for or give directions in English? 

  • What is important when you give directions?

You may answer the questions in Dutch.








timer
5:00

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Asking for directions
Excuse me, where is the....

Excuse me, how do I get to ....

Excuse me, can you tell me how to get to ......

Slide 8 - Tekstslide

Giving directions

Slide 9 - Tekstslide

Giving directions
     roundabout                         traffic lights                           pavement                                   zebra crossing

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Answers
A: Post office
B Underground Station
C: Cinema
D: Bus station

Slide 12 - Tekstslide

Task
Wat: Routebeschrijvingen geven met behulp van een kaart.
Hoe: in tweetallen. 
Student A vraagt om de routes naar de locaties op zijn kaart (bijv. pet shop). 
Student B beschrijft de route in het Engels met behulp van zijn eigen kaart. 
Student A schrijft de naam van de locatie (bijv. pet shop)  op de juiste plek op zijn kaart.

! Na elke routebeschrijving wisselen jullie van rol. 
! Jullie mogen elkaars kaarten niet zien.

Klaar: Taalblokken Chapter 2: Spoken interaction


timer
20:00

Slide 13 - Tekstslide

Spoken Interaction Chapter 2
What: Exercise 1-51
How: Individually
Finished?: Taalblokken > MBO 4> Reading Additional> Lesson 1

Slide 14 - Tekstslide

What is the English word for "verschil"?
A
disagree
B
differ
C
difference
D
diverse

Slide 15 - Quizvraag

What is a "twin room"
A
tweepersoonskamer met tweepersoonsbed
B
tweepersoonskamer met twee losse bedden

Slide 16 - Quizvraag

What is the English word for "ober"?
A
ober
B
waiter
C
ogre
D
water

Slide 17 - Quizvraag

What is the English word for "klacht"?
A
complain
B
compliance
C
complaint
D
computer

Slide 18 - Quizvraag

What is the English word for "oplossen" (van een probleem)?
A
solve
B
salve
C
solution
D
salvation

Slide 19 - Quizvraag

What is the English word for "opmerken" ?
A
notice
B
note
C
notable
D
notis

Slide 20 - Quizvraag

What is the English word for "klant" ?
A
costumer
B
costume
C
client
D
customer

Slide 21 - Quizvraag

Fill in the missing word.
How .......... does it cost?
A
many
B
much
C
feel
D
money

Slide 22 - Quizvraag

What is the English word for "beschikbaar" ?
A
available
B
able
C
unable
D
unavailable

Slide 23 - Quizvraag

What is the English word for "openbaar vervoer" ?
A
open transport
B
public transaction
C
public transport
D
open transaction

Slide 24 - Quizvraag

Fill in the missing word.
Would you like to pay ........ card?
A
with
B
for
C
from
D
by

Slide 25 - Quizvraag

Welcome to London
Maak 3 routebeschrijvingen in het Engels.

a) De stagiair komt met het openbaar vervoer van Heathrow naar het ICT-bedrijf.
b) Vervolgens reist hij/zij met het openbaar vervoer naar het appartement.
c) Daarna legt hij/ zij de route van en naar het bedrijf af per auto.

Slide 26 - Tekstslide