Lezen hoofdstuk paragraaf 1 en 2

LESDOELEN
  • Het doel van de schrijver kunnen aangeven
  • Onderscheid kunnen maken tussen een uiteenzettende beschouwende tekst en een betogende tekst
  • Een vergelijking met andere teksten tussen tekstdelen kunnen maken
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

LESDOELEN
  • Het doel van de schrijver kunnen aangeven
  • Onderscheid kunnen maken tussen een uiteenzettende beschouwende tekst en een betogende tekst
  • Een vergelijking met andere teksten tussen tekstdelen kunnen maken

Slide 1 - Tekstslide

LESOPBOUW
  • Nakijken opdracht 17 van bladzijde 168
  • Uitleg paragraaf 1 van bladzijde 11 en 12
  • Maken: opdracht 1 van bladzijde 13

Slide 2 - Tekstslide

SCHRIJFDOELEN
  1. Amuseren (verhalen, gedichten, romans, strips0
  2. Informeren (gebruiksaanwijizing, uiteenzetting, nieuwsbericht)
  3. Opiniëren (beschouwing, recensie, essay)
  4. Overtuigen (betoog, ingezonden brief, column)
  5. Activeren reclamefolder, advertentie, flyer)

Slide 3 - Tekstslide

TEKSTSTRUCTUREN
  1. Argumentatiestructuur
  2. Aspectenstructuur
  3. Probleem/oplossingstructuur
  4. Verklaringstructuur
  5. Verleden/heden/(toekomst)structuur
  6. Voor- en nadelenstructuur
  7. Vraag/antwoordstructuur

Slide 4 - Tekstslide

Argumentatiestructuur
Inleiding:
  • stelling (standpunt)
Middenstuk:
  • argumenten voor de stelling
  • tegenargument met weerlegging
Slot:
  • herhaling stelling

Slide 5 - Tekstslide

Aspectenstructuur
Inleiding:
  • onderwerp
 Middenstuk:
  • diverse aspecten van het onderwerp

Slot:
  • samenvatting

Slide 6 - Tekstslide

Probleem/oplossingstructuur
Inleiding:
  • probleem
Middenstuk:
  • gevolgen (waarom is het een probleem)
  • oorzaken
  • oplossingen
Slot:
  • de beste oplossing/samenvatting/aanbeveling

Slide 7 - Tekstslide

Verklaringstructuur
Inleiding:
  • bepaald verschijnsel
 Middenstuk:
  • kenmerken/voorbeelden
  • verklaringen/oorzaken/redenen

Slot:
  • samenvatting

Slide 8 - Tekstslide

Verleden/heden/(toekomst)structuur
Inleiding:
  • onderwerp
 Middenstuk:
  • situatie vroeger
  • situatie nu
Slot:
  • conclusie of situatie in de toekomst

Slide 9 - Tekstslide

Voor- en nadelenstructuur
Inleiding:
  • vraag of stelling
 Middenstuk:
  • voor- en nadelen

Slot:
  • afweging/conclusie

Slide 10 - Tekstslide

Vraag/antwoordstructuur
Inleiding:
  • vraag
 Middenstuk:
  • antwoord(en)

Slot:
  • samenvatting of conclusie

Slide 11 - Tekstslide

Maken
bladzijde 13 opdracht 1

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide