2H - H1 Lineaire verbanden Les 1 (1.1 t/m 1.3)

Wiskunde in havo 2, welkom!
Leg klaar:

Je laptop (dicht)
Ruitjesschrift
Etui
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wiskunde in havo 2, welkom!
Leg klaar:

Je laptop (dicht)
Ruitjesschrift
Etui

Slide 1 - Tekstslide

To do:
  • Voorstellen / plattegrond maken
  • Periode 1: H1 Lineaire verbanden +                                                                             H9 Ruimtefiguren & vergrotingen
  • Inloggen LessonUp - toevoegen aan klas met code apbnh
  • Start H1

Slide 2 - Tekstslide

H1 Lineaire verbanden


*Je kan aangeven of een tabel een evenredig verband of lineair verband laat zien 
*Je kan een grafiek bij een lineair verband herkennen 
*Je kan coördinaten uit een grafiek in een tabel zetten
*Je kan een lineair verband herkennen in een verhaal

Slide 3 - Tekstslide

Je kan lineaire verbanden herkennen
Je kan regelmaat in een tabel benoemen

Voorbeeld 1
Voorbeeld 2

Slide 4 - Tekstslide

Je kan lineaire verbanden herkennen
We noemen dit een evenredig of lineair verband

Voorbeeld 1
Voorbeeld 2
Als x met 1 groter wordt, wordt y met 3 groter
Als x met 3 groter wordt, wordt y met 1 kleiner

Slide 5 - Tekstslide


A
ja
B
nee

Slide 6 - Quizvraag


Vul in:
Als de x met ___ groter wordt,
wordt de y met ___ groter

Slide 7 - Open vraag


Vul in: Een ander woord voor een lineair verband is een __________ verband.
A
evenwijdig
B
even groot
C
evenredig
D
redelijk

Slide 8 - Quizvraag

Je kan lineaire verbanden herkennen
Je kan een grafiek bij een lineair verband herkennen

Slide 9 - Tekstslide

Je kan lineaire verbanden herkennen
Je weet dat bij een lineaire verband de grafiek een rechte lijn is
l, m en q 
zijn lineair

Slide 10 - Tekstslide

Lineair verband

Slide 11 - Sleepvraag

Je kan lineaire verbanden herkennen
Je kan coördinaten uit een grafiek in een tabel zetten

Slide 12 - Tekstslide


Welk coördinaat hoort bij dit punt
op de grafiek?
A
8; 4
B
4; 8
C
(8; 4)
D
(4; 8)

Slide 13 - Quizvraag


Welk coördinaat hoort bij dit punt
op de grafiek?
A
1; 1
B
(-1; -1)
C
(1; -1)
D
(-1; 1))

Slide 14 - Quizvraag


Welk coördinaat hoort bij dit punt 
op de grafiek?

Slide 15 - Open vraag

Je kan lineaire verbanden herkennen
Je kan een lineair verband herkennen in een verhaal

Ruth spaart voor een concertkaartje, ze heeft al €35, ze spaart elke week €5 
Je krijgt elke maand €30 zakgeld, je geeft elke week €5 aan eten uit.
Samen met 2 vrienden werk je in de tuin voor €8 per uur. Morgen kan 1 vriend niet en werken jullie samen voor €6,50 per uur.
Je bent door je internetbundel heen. Je abonnement is €12,50 en je betaalt nu per MB €0,17

Slide 16 - Tekstslide

Je kan lineaire verbanden herkennen
Je kan een lineair verband herkennen in een verhaal

Ruth spaart voor een concertkaartje, ze heeft al €35, ze spaart elke week €5 
Je krijgt elke maand €30 zakgeld, je geeft elke week €5 aan eten uit.
Samen met 2 vrienden werk je in de tuin voor €8 per uur. Morgen kan 1 vriend niet en werken jullie samen voor €6,50 per uur.
Je bent door je internetbundel heen. Je abonnement is €12,50 en je betaalt nu per MB €0,17
x
x

Slide 17 - Tekstslide

Je verdient €21 per uur, in het weekend krijg je €3 toeslag per uur.
Een jaarlijkse rente van 1,6%
Rekening van een rit met de taxi, €6 instaptarief en €1,20 per km
Elke 10 jaar verdubbelt het aantal winkels
Het zwembad loopt met 7L per minuut leeg.
30 euro zakgeld per maand 
lineair
lineair
lineair

Slide 18 - Sleepvraag

Huiswerk 
Maken: 1.1, 1.2 

Extra: bekijk 1.3


Slide 19 - Tekstslide