B2- Les 1 - Klantvriendelijkheid in de installatietechniek

Installatietechniek klantvriendelijkheid
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
WerknemersvaardighedenMBO

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Installatietechniek klantvriendelijkheid

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van deze les;
Weet jij hoe belangrijk het is om klantvriendelijk te zijn;
Weet jij hoe je de klant begroet en aanspreekt;
Kun jij een voorbeelden noemen van klant- onvriendelijk gedrag.

Kun je reflecteren op je eigen gedrag.


Slide 2 - Tekstslide

Benoem een klantonvriendelijke situatie die jij hebt meegemaakt.

Slide 3 - Open vraag

timer
5:00
Hoe spreek jij een klant aan?

Slide 4 - Woordweb

klanten begroeten 
en aanspreken 
Komt een klant de winkel binnen, begroet deze dan vriendelijk. Begroeten betekent dat je de klant groet. Zeg op een vriendelijke manier “Goedemorgen”, “Dag meneer” of zoiets. En vergeet niet de klant aan te kijken. Als je met iemand praat, is het altijd prettig als je elkaar aankijkt. 


Slide 5 - Tekstslide

Let bij het begroeten en aanspreken 
van een klant op het volgende:  
- Je spreekt de klant altijd aan met ‘u’. 
 
- Je kijkt de klant aan als je tegen hem praat en naar hem luistert.

- Je praat duidelijk en verzorgd Nederlands.

- Je bent vriendelijk. 

Slide 6 - Tekstslide

0

Slide 7 - Video

Wanneer ben jij
klantvriendelijk?

Slide 8 - Woordweb

Wanneer ben je klantvriendelijk?
  1. klant begroeten.
  2.  Aardig of netjes zijn naar de klanten.
  3.  zorg dat je een positieve uitstraling hebt.
    4. blijf 'professioneel'.
    5. probeer de klant altijd zo goed mogelijk te helpen.


Slide 9 - Tekstslide

Waar is het belangrijk klantvriendelijk te zijn?
A
Bij de opleiding Installatie
B
Bij voeding; als je klanten moet bedienen
C
Bij dienstverlening: als je mensen moet helpen in bejaardenhuis
D
Eigenlijk bij alle sectoren

Slide 10 - Quizvraag

Hoe handel ik als een klant advies vraagt of een klacht heeft?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Welke eigenschappen horen bij klantvriendelijk gedrag?
Klantvriendelijk
Niet 
klantvriendelijk
Geduldig
Vriendelijk
Haastig
Opdringerig
Behulpzaam
Egoïstisch

Slide 13 - Sleepvraag

0

Slide 14 - Video

Klanten met klachten doorverwijzen
  • blijf klantvriendelijk 
  • let op je houding 
  • leef mee met de klant 
  • verwijs de klant door 
  • draag de klacht over aan een collega 
  • neem netjes afscheid van de klant 

Slide 15 - Tekstslide

Noem een klacht die vaak voorkomt in de installatietechniek

Slide 16 - Woordweb

Slide 17 - Tekstslide

Hoe klantvriendelijk vind jij jezelf?
A
9
B
8
C
7
D
Onvoldoende

Slide 18 - Quizvraag

Waar ga jij de komende week op letten qua klantvriendelijkheid?

Slide 19 - Woordweb

Wat vond jij van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Klachten herkennen
  • teleurgestelde klanten 
  • gefrustreerde klanten 
  • boze klanten 
  • onbeleefde klanten 
  • klanten die de service slecht vinden 
  • klanten die de adviezen niet passend vinden 
  • klanten die terugkomen met een product dat niet voldoet aan de wensen 
  • klanten die aangeven dat het “vorige keer ook zo ging…” 
  • klanten die aangeven dat het bestelde nog niet binnen is 

Slide 21 - Tekstslide

Klant met een klacht is een kans voor de winkel. Waarom?

Slide 22 - Open vraag

Klant met een klacht is een kans voor de winkel

  • om de klacht te verhelpen 
  • om de klant opnieuw blij maken 
  • om het vertrouwen van de klant herstellen 
  • om in de toekomst vergelijkbare klachten te voorkomen 

Slide 23 - Tekstslide

Waar klaag jij over in een winkel?

Slide 24 - Open vraag

0

Slide 25 - Video

Wat was allemaal klant- onvriendelijk van de kassamedewerker?

Slide 26 - Open vraag

Rollenspellen
Op correcte wijze:
  • klant begroeten
  • klanten te woord staan 
  • klant doorverwijzen
  • Klant helpen 
  • Klant gedag zeggen

Slide 27 - Tekstslide

Rollenspel 1
Klant komt winkel binnen en vraagt waar de mayonaise staat. Je wijst de klant de weg en loopt mee naar de schap. Echter de schap blijkt leeg. De mayonaise is helaas uitverkocht. 

Slide 28 - Tekstslide

Rollenspel 2
De klant komt binnen zonder winkelwagen. Volgens de richtlijnen van het RIVM moet de klant een winkelwagen mee de winkel in nemen. 

Slide 29 - Tekstslide

Rollenspel 3
Je bent aan het vakkenvullen en een klant vraagt of haar zoontje even naar de wc mag.

Slide 30 - Tekstslide

Rollenspel 4
Je bent aan het vakkenvullen en ziet een klant in een rolstoel die een product wil pakken die op de onderste schap ligt. De klant komt er vanwege de rolstoel niet goed bij.

Slide 31 - Tekstslide

Rollenspel 5
Je bent de producten op FIFO aan het plaatsen in de schappen. Plots hoor je dat er allemaal glazen groente conserven op de grond vallen. Een klant heeft meerdere potjes doperwten op de grond laten vallen.

Slide 32 - Tekstslide

Rollenspel 6
Een klant komt binnen met een grote hond. Je weet dat honden verboden zijn in de supermarkt waar jij werkt. Wat doe of zeg je?

Slide 33 - Tekstslide

Waarom is
klantvriendelijk zijn
dus belangrijk?

Slide 34 - Woordweb

Wat heb je geleerd vandaag?

Slide 35 - Open vraag

Welk cijfer geef jij jezelf voor inzet / motivatie?

Slide 36 - Open vraag