Een transistor is een automatische schakelaar.
Er zijn 3 aansluitpunten: basis (B), collector (C) en emitter (E)
Als er een kleine stroom van B naar E loopt, dan loopt er een grote stroom C naar E.
De voordelen van een transistor: goedkoop, kleinen gebruiken weinig energie.
De nadelen van een transistor: er kan geen grote stroom door en is minder veilig doordat er maar één stroomkring is