1. Media en Communicatie

1 / 35
volgende
Slide 1: Video
MaatschappijleerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 35 slides, met tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Nieuw hoofdstuk: MEDIA
  • per les 2 paragraven behandelen
  • praktische opdracht (It's learning)
  • proefwerkweek: Pluriforme samenleving, Nederland en de wereld, Media
  • Na carnaval: presentaties --> Jesse

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht fAKE NEWS
Trump beschuldigt de media regelmatig van Fake news. De vraag is of dit ook daadwerkelijk fake news is. Het gevaar van Fake news is er wel degelijk er zijn hele bedrijven bezig met het maken van Fake news.
Onder Fake News verstaan we informatie die niet gebaseerd is op feiten maar wel als zodanig wordt gebracht.
Vooral gerenommeerde kranten als de Washington Post en de New York times en de zender CNN worden als fake news bestempeld door Trump. Door als president de media steeds te beschuldigen van fake news als hem het bericht niet aanstaat, ondermijnt Trump de democratie.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Wat betekent Fake news?
Nepnieuws is misleidende informatie die wordt verspreid om geld te verdienen of om de mening van het publiek te beïnvloeden. 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

P1 Media en Communicatie

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoel
Na deze les kun je herkennen en uitleggen wat communicatie is, welke vormen van communicatie er zijn en waarvoor we media gebruiken.

Slide 8 - Tekstslide

communiceren
communicatie:
Het doorgeven en ontvangen van informatie
Medium: -->meervoud=media
Een middel om te communiceren

Slide 9 - Tekstslide

COMMUNICATIE MODEL

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Hoe communiceer je?
We onderscheiden drie verschillende manieren van communiceren

  • non verbaal of verbaal
  • eenzijdig of meerzijdig
  • persoonlijk of massaal

Slide 12 - Tekstslide

Communicatievormen:

verbaal of non-verbaal?


Verbale communicatie: 
Gesproken of geschreven woorden


Non-verbale communicatie: 
Alle andere vormen van communicatie
(tatoeages / lichaamstaal)

Slide 13 - Tekstslide

Communicatievormen: 

Eenzijdig of meerzijdig?


Eenzijdige communicatie:
De ontvanger kan niet reageren
(eenrichtingsverkeer)


Meerzijdige communicatie: 
Deelnemers zijn zowel zender als ontvanger
(gesprekken, forums)

Slide 14 - Tekstslide

Communicatievormen: 

Persoonlijk of massaal?


Persoonlijke communicatie: 
Er is 1 zender en 1 ontvanger


Massacommunicatie: 
Media die een groot publiek bereiken
(veel kijkers of luisteraars)

Slide 15 - Tekstslide

Waar gebruiken   we media voor? 


1.  Kennis en nieuws 

2. Ontspanning 

3. Contact 

4. Laten zien wie je bent / wilt zijn


Slide 16 - Tekstslide

Soorten media en mediagebruik

Slide 17 - Tekstslide

Leerdoel
Na deze les kun je herkennen en uitleggen welke massa media er zijn,  de informatie die je van deze media krijgt en of deze betrouwbaar is.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Internet en sociale media 
Betrouwbaarheid 
Bronnen 

Slide 20 - Tekstslide

Betrouwbare informatie
- vergelijk je informatie met meer sites
- check de bronnen 

Slide 21 - Tekstslide

Kranten en Tijdschriften
Verschillende kranten en tijdschriften

Slide 22 - Tekstslide

Tijdschriften
  • ...Worden gemaakt voor een doelgroep
  • ...Verschijnen niet elke dag

Slide 23 - Tekstslide

Soorten tijdschriften
  • Jongerenbladen
  • Gezinsbladen
  • Roddelbladen
  • Hobbybladen
  • Vakbladen
  • TV-Gidsen

Slide 24 - Tekstslide

Kranten
  • ... Zijn gemaakt voor meerdere doelgroepen
  • ... Verschijnen elke dag
  • ... Zijn in verschillende vormen te vinden

Slide 25 - Tekstslide

Populaire kranten en kwaliteitskranten

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide


Publieke omroepen

  • Krijgen inkomsten van: de STER, hun leden en de overheid
  • Er gelden (strenge) regels die zijn opgesteld door de regering (Mediawet)
  • Regels over bijvoorbeeld: reclame, inhoud, afwisseling
  • Zenden uit via NPO1 t/m NPO3, en NPO Radio 1 t/m NPO Radio 6


Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide


Commerciële zenders

  • Krijgen geen geld van de overheid
  • Inkomsten via reclame, ook tijdens de programma's
  • Letten vooral op de kijkcijfers bij het bepalen van hun aanbod
  • Moeten zich aan minder regels houden

Slide 30 - Tekstslide

SBS Broadcasting
SBS 6
SBS 9
NET 5
Veronica
RTL Group
RTL 4
RTL 5
RTL 7
RTL 8
RTL Z

Slide 31 - Tekstslide


Betaalzenders

  • Voor deze zenders moet je een abonnement afsluiten
  • Heel specifiek aanbod: sport, films
  • Meestal weinig tot geen reclame
  • Vaak ook te bekijken via internet
  • Bieden meestal Video on demand (VOD): kijken wanneer je wilt



Slide 32 - Tekstslide

Huiswerk
Voor eerstvolgende les moeten de vragen van paragraaf  1 en 2 af zijn.
p1 : 2-4-5-7-9
p2 : 3-5-6-7-8-10-11-12-13-14-15-17

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Zelfstandig werken
Aan de slag met opdracht 1 t/m 8

Slide 35 - Tekstslide