TW5 3H Woordenschat H1

Welkom H3!
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom H3!

Slide 1 - Tekstslide

Woordenschat H1: stijlfiguren

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze les...
  • weet je wat een stijlfiguur is
  • ken en begrijp je stijlfiguren herhaling, tegenstelling en (verschillende soorten) opsomming

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

'Nee, nee en nog eens...', zei Elsjes moeder, toen haar dochter voor de zoveelste keer om meer zakgeld vroeg.
Vul op de plaats van de puntjes een passend woord in.

Slide 5 - Open vraag

Volgende week hebben we een toets wiskunde, een toets Nederlands en een toets .....
Vul op de plaats van de puntjes een passend woord in.

Slide 6 - Open vraag

'Vrijheid, gelijkheid en ...' is het motto van de Franse revolutie van 1789.
Vul op de plaats van de puntjes een passend woord in.

Slide 7 - Open vraag

We zullen samen de strijd aangaan, niet verdeeld maar samen\n niet met wapens maar met woorden, niet met haat maar met ....
Vul op de plaats van de puntjes een passend woord in.

Slide 8 - Open vraag

Bij ons staan tijdens de lunch altijd pindakaas, jam, hagelslag en ... op tafel
Vul op de plaats van de puntjes een passend woord in.

Slide 9 - Open vraag

Stijlfiguren
Maken een tekst aantrekkelijk en benadrukken een element uit de tekst
  1.  herhaling: iets wordt twee keer gezegd --> Plus geeft meer, veel meer
  2. tegenstelling: tegengestelde dingen staan naast elkaar
    --> Vierkant in de fles, rond op de tong 
  3. opsomming: dingen worden opgesomd --> zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder

Slide 10 - Tekstslide

Bijzondere opsommingen
  • drieslag = opsomming van drie woorden, zinnen of zinsdelen
    Bloed, zweet en tranen
  • climax = steeds sterker wordende reeks
    Je hebt goed, je hebt beter, je hebt het beste
  • omgekeerde climax = steeds zwakker wordende reeks 
    Die film was fantastisch, nou ja, hij was mooi, ach, best wel goed eigenlijk. 

Slide 11 - Tekstslide

Welke stijlfiguur herken je?
Apple iPhoto. Shoot it. Save it. Share it.
A
Opsomming
B
Drieslag
C
Climax
D
Herhaling

Slide 12 - Quizvraag

Welke stijlfiguur herken je?
De trainer werd eerst boos, toen kwaad, daarna woedend op Diederik
A
Opsomming
B
Drieslag
C
Climax
D
Omgekeerde climax

Slide 13 - Quizvraag

Welke stijlfiguur herken je?
Drommels, drommels en nog een drommels.
A
Opsomming
B
Drieslag
C
Herhaling
D
Omgekeerde climax

Slide 14 - Quizvraag

Welke stijlfiguur herken je?
In de aanloop naar de verkiezingen bleek maar weer eens: veel geschreeuw, maar weinig wol.
A
Opsomming
B
Tegenstelling
C
Herhaling
D
Omgekeerde climax

Slide 15 - Quizvraag

Zelf aan de slag
Maak: startopdracht en opdracht 1 en  3 blz. 26-27

Slide 16 - Tekstslide

Lesafsluiting
Huiswerk = opdr 2 t/m 4 vanaf blz 25
Volgende les: grammatica zinsdelen

Slide 17 - Tekstslide