In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et
bienvenue!!
Slide 1 - Tekstslide
Jeudi 20 mars
Le programme pour aujourd'hui :
- Jij kunt voorzetsels gebruiken om een plek te beschrijven;
- Jij kunt de weg beschrijven om van een plek naar een andere te gaan;
- Jij kunt de inrichting van een kamer begrijpen;
- Jij kunt de inrichting van jouw slaapkamer beschrijven.
Slide 2 - Tekstslide
Tout le monde chante !
sur, sous, dans, devant, derrière, à côté de
Slide 3 - Tekstslide
La classe parle
Qui est à côté de...?
Qui est devant...?
Qui est derrière...?
Qui est à droite de...?
Qui est à gauche de..?
Slide 4 - Tekstslide
dans
devant
derrière
sur
sous
à côté de
Slide 5 - Sleepvraag
Le verbe "aller"
Om de weg aan iemand te beschrijven heb jij wel het werkwoord "gaan" nodig: Jij gaat naar links, daarna gaat jij rechtdoor, etc.
Slide 6 - Tekstslide
Vul de hele vervoeging van het werkwoord "aller" in: je..., tu..., etc. (A3)
Slide 7 - Open vraag
Tu vas où ?
Leerdoel: Jij kunt de weg beschrijven om van een plek naar een andere te gaan.
Tu t'entraines !
Regarde l'image :
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Tu vas où ?
Iemand is voor Lycée la Bruyère. Zij/ hij moet eerst naar Lycée Hoche, daarna naar Ecole privée Notre Dame, daarna naar les jardins du château de Versailles.
Beschrijf de weg om ernaar toe te gaan.
Tu as 5 minutes. Tu parles. Maak zinnen.
Gebruik uiterlijk het werkwoord "gaan", voorzetsels en inrichting woorden.
Slide 10 - Tekstslide
Ouvre ton livre page 133
Leerdoel: jij kunt de inrichting van een kamer begrijpen.
La classe lit le texte 3 : Moi, j'ai deux chambres !
Maintenant, lis le texte en duo. Une personne est Adam, l'autre personne est Inès.
Slide 11 - Tekstslide
Ouvre ton livre page 133
Jij kunt de inrichting van een kamer begrijpen
Maintenant, fais l'exercice 19, page 135.
Slide 12 - Tekstslide
Tu parles en duo !
Leerdoel: jij kunt de inrichting van jouw slaapkamer beschrijven.
1/ Een persoon beschrijft zijn slaapkamer.
2/ De andere tekent de slaapkamer en de meubels op de beschreven plaats.
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.