Neem de oefeningen erbij die je moest voorbereiden
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs
In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Les 25.2
Zet je micro aan!
Neem de oefeningen erbij die je moest voorbereiden
Slide 1 - Tekstslide
Welke soorten rijm zijn er?
1. Een september twee duizend en acht.
Wat had je anders wel verwacht.
De lange mooie zomervakantie is opnieuw voorbij.
De kinderen met rugzak gezadeld staan weer in de rij
Slide 2 - Tekstslide
Een september twee duizend en acht. Wat had je anders wel verwacht. De lange mooie zomervakantie is opnieuw voorbij. De kinderen met rugzak gezadeld staan weer in de rij
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
glijdend
Slide 3 - Quizvraag
Een september twee duizend en acht. Wat had je anders wel verwacht. De lange mooie zomervakantie is opnieuw voorbij. De kinderen met rugzak gezadeld staan weer in de rij
A
stafrijm
B
volrijm
C
klinkerrijm
D
medeklinkerrijm
Slide 4 - Quizvraag
Een september twee duizend en acht. Wat had je anders wel verwacht. De lange mooie zomervakantie is opnieuw voorbij. De kinderen met rugzak gezadeld staan weer in de rij
A
eindrijm
B
beginrijm
C
middenrijm
D
kettingrijm
Slide 5 - Quizvraag
Een september twee duizend en acht. Wat had je anders wel verwacht. De lange mooie zomervakantie is opnieuw voorbij. De kinderen met rugzak gezadeld staan weer in de rij
A
gepaard
B
gekruist
C
omarmend
D
tussenrijm
Slide 6 - Quizvraag
Welke soorten rijm zijn er?
2. Wat is school?
School is moeten,
Moeten is dwang,
Dwang is slavernij
Slavernij is verboden
Slide 7 - Tekstslide
Wat is school? School is moeten, Moeten is dwang, Dwang is slavernij Slavernij is verboden
A
stafrijm
B
volrijm
C
klinkerrijm
D
gelijk rijm
Slide 8 - Quizvraag
Wat is school? School is moeten, Moeten is dwang, Dwang is slavernij Slavernij is verboden
A
eindrijm
B
beginrijm
C
middenrijm
D
kettingrijm
Slide 9 - Quizvraag
Welke soorten rijm zijn er?
3. Aan elke lering heb ik lak,
in elk systeem vind ik een lek,
omdat ik niemands zolen lik
en met gevlei geen machtigen lok,
is ’t dat ik niet als andren luk.
Slide 10 - Tekstslide
Een september twee duizend en acht. Wat had je anders wel verwacht. De lange mooie zomervakantie is opnieuw voorbij. De kinderen met rugzak gezadeld staan weer in de rij
A
stafrijm
B
volrijm
C
klinkerrijm
D
medeklinkerrijm
Slide 11 - Quizvraag
Welke soorten rijm zijn er?
4. Reyne Maghet, gracieuse soete,
Fonteyne suyvere, tscommers boete ,
Baerblijcke verbidt ghy menschen alle,
Rijcke, aerme, groote ende smalle. (A. de Roovere)
Slide 12 - Tekstslide
Reyne Maghet, gracieuse soete, Fonteyne suyvere, tscommers boete, Baerblijcke verbidt ghy menschen alle, Rijcke, aerme, groote ende smalle.
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
glijdend
Slide 13 - Quizvraag
Reyne Maghet, gracieuse soete, Fonteyne suyvere, tscommers boete , Baerblijcke verbidt ghy menschen alle, Rijcke, aerme, groote ende smalle.
A
stafrijm
B
volrijm
C
klinkerrijm
D
medeklinkerrijm
Slide 14 - Quizvraag
Reyne Maghet, gracieuse soete, Fonteyne suyvere, tscommers boete , Baerblijcke verbidt ghy menschen alle, Rijcke, aerme, groote ende smalle.
A
eindrijm
B
beginrijm
C
middenrijm
D
kettingrijm
Slide 15 - Quizvraag
Reyne Maghet, gracieuse soete, Fonteyne suyvere, tscommers boete , Baerblijcke verbidt ghy menschen alle, Rijcke, aerme, groote ende smalle.
A
gepaard
B
gekruist
C
omarmend
D
tussenrijm
Slide 16 - Quizvraag
Oefening 2
Slide 17 - Tekstslide
Welke figuren of beeldspraak?
Zij werkt daar als hygiënisch assistente.
Toen hij dat mooie doelpunt maakte, zei hij: “Dat kon er wel mee door hé.”
Hij is enkel en alleen manager geworden voor het geld.
Zijn drukwerk maakte de stilte niet minder drukkend.
Weinig alcohol kan te veel zijn.
In Engeland regent het 29 van de 30 dagen.
Slide 18 - Tekstslide
Om 13:15 uur begin de les
Wat heb je nodig?
Cursus taalbeschouwing: deel 5 p. 82-83 (oefening gisteren afwerken)
Cursus literatuur II de renaissance: p. 28
Bronnenboek: Karakters
Wat doe je?
Log al in op deze LessonUp
Slide 19 - Tekstslide
Herinnering: Giordano, De eenzaamheid van de priemgetallen
Toets
Cursus taalbeschouwing: deel 5 p. 82-83 (oefening gisteren afwerken) info op Smartschool> Documenten > Leesportfolio: zowel opdracht (Word) als uitleg PPt
Wanneer?
maandag 8 maart
Slide 20 - Tekstslide
Beeldspraak:
Vergelijking: spieren als beton
Bijzondere vergelijkingen
homerische vergelijking Zoals een leeuw die in het open veld een rund heeft opgevreten en nu wegloopt, zijn borst en beide wangen gans bebloed, het beest is vreselijk om aan te zien – zo was ook Odysseus geheel besmeurd van kop tot teen, aan benen en aan armen (Homeros)
asyndetische vergelijking Je kamer is een varkensstal. Het afstandsonderwijs is een nachtmerrie.
Slide 21 - Tekstslide
Beeldspraak:
Vergelijking: spieren als beton
Bijzondere vergelijkingen
homerische vergelijking
asyndetische vergelijking Je kamer is een varkensstal. Het afstandsonderwijs is een nachtmerrie.
Slide 22 - Tekstslide
Welke figuren of beeldspraak?
Wat een frisse geur in dit lokaal!
Soms lacht de toekomst je toe
Bovendien heeft hij ook nog Engels gestudeerd.
De drenkeling werd door hem tijdig gered.
Die oude man heeft het tijdelijke met het eeuwige verwisseld.
Het Nederlandse hardlopen holt achteruit
Slide 23 - Tekstslide
Welke figuren of beeldspraak?
Zij is nu toch echt wel moddervet!
Ze was eerst miss Sport, toen Miss Oost-Vlaanderen en uiteindelijk Miss World.
Gaan we nu eindelijk iets vreten? Ik sterf van de honger!
Je wordt tegenwoordig doodgegooid met informatie over de verkiezingen.
De bokser stortte kreunend in elkaar, een blok beton.
De scherpe blik van de directeur maakte hem onmiddellijk onzeker.
Hij is wereldberoemd, nu ja, in België, in Brugge dan. Ik bedoel, daar hebben ze nog van hem gehoord.
Slide 24 - Tekstslide
Welke figuren of beeldspraak?
Hoe gespecialiseerder iemand is, hoe minder iemand kan.
Hij werd bedolven onder de cadeautjes.
Zijn hoofd, een tomaat, gloeide nog na.
Ik hou wel van die gele zonnebloemen in de tuin.
Hij ging er als een haas vandoor.
Een leerkracht tegen zijn leerlingen: “Denk je dat ik dit nog een keer ga uitleggen?”
Slide 25 - Tekstslide
Renaissance in de literatuur (p. 28)
Literatuur => klassieke oudheid
translatio
imitatio
aemulatio
Het sonnet
Slide 26 - Tekstslide
7.1 Petrarca
Opdracht: lees de korte biografie van Petrarca en schrijf de antwoorden op de volgende vragen op:
Waar werd Petrarca geboren?
Waar bracht hij het grootste gedeelte van zijn leven door.
Wie is Laura?
Wat is de naam van het bekendste werk van Petrarca?
Wat is Petrarkisme
Blijf ondertussen in de Live. Voor we de les afronden zijn er enkele vragen.
Slide 27 - Tekstslide
Petrarca werd geboren in de Avignon in Frankrijk
A
juist
B
fout
Slide 28 - Quizvraag
Petrarca schreef romans
A
juist
B
fout
Slide 29 - Quizvraag
Petrarca en Laura hebben nooit een echte relatie gehad.