9.1 Eerste Wereldoorlog
1 / 49
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Welk begrip wordt hier bedoeld?
Verheerlijking van het leger en veel vertrouwen in de kracht van het eigen leger.
Verheerlijking van het leger en veel vertrouwen in de kracht van het eigen leger.
Slide 18 - Open vraag
Welk begrip wordt hier bedoeld?
Extreme trots op je eigen land en volk.
Extreme trots op je eigen land en volk.
Slide 19 - Open vraag
Welk begrip wordt hier bedoeld?
Kolonies veroveren in Afrika en Azië voor meer aanzien en voor het stimuleren van de eigen industrie.
Kolonies veroveren in Afrika en Azië voor meer aanzien en voor het stimuleren van de eigen industrie.
Slide 20 - Open vraag
Deel de landen in bij het juiste bondgenootschap
Centralen (Triple Alliantie):
Geallieerden (Triple Entente):
Groot-Brittannië
Duitse keizerrijk
Frankrijk
Oostenrijk-Hongarije
Rusland
Italië (tot 1915)
Verenigde Staten (vanaf 1917)
Slide 21 - Sleepvraag
Wie is wie?
Gavrilo Princip
Wilhelm II
Frans Ferdinand
Alfred von Schlieffen
Pleegde moordaanslag op de Oostenrijkse troonopvolger
Bedenker van het Duitse aanvalsplan in WO I
Keizer van Duitsland die met zijn weltpolitik een belangrijk aandeel had in het uitbreken van de oorlog
Oostenrijkse troonopvolger die in Sarajevo werd vermoord
Slide 22 - Sleepvraag
Wanneer vond de gebeurtenis op de afbeelding plaats?
A
28 juli 1914
B
28 juli 1918
C
28 juni 1914
D
28 juni 1916
Slide 23 - Quizvraag
Wat was volgens jou de belangrijkste oorzaak voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog? Leg ook uit waarom je dat vindt!
Slide 24 - Open vraag
Slide 25 - Tekstslide
Hoe herken je hier nationalisme en militarisme terug?
Slide 26 - Open vraag
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Juist of onjuist?
De loopgravenstrijd begon na de Slag aan de Marne
De loopgravenstrijd begon na de Slag aan de Marne
Slide 30 - Open vraag
Juist of onjuist?
De loopgravenstrijd ontstond doordat het Schlieffenplan succesvol werd uitgevoerd.
De loopgravenstrijd ontstond doordat het Schlieffenplan succesvol werd uitgevoerd.
Slide 31 - Open vraag
Juist of onjuist?
De Europese oorlog kon snel uitgroeien tot een echte wereldoorlog doordat de Europese grootmachten kolonies hadden.
De Europese oorlog kon snel uitgroeien tot een echte wereldoorlog doordat de Europese grootmachten kolonies hadden.
Slide 32 - Open vraag
Omschrijf in eigen woorden het begrip loopgraaf.
Slide 33 - Open vraag
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Slide 38 - Tekstslide
Leg in eigen woorden uit waarom de loopgravenlinies ondanks grote offensieven vier jaar lang nauwelijks opschoven.
Slide 39 - Open vraag
Leg uit waarom gifgas zo'n verschrikkelijk nieuw wapen was.
Slide 40 - Open vraag
Verklaar in eigen woorden waarom er zoveel ratten waren in de loopgraven.
Slide 41 - Open vraag
Hoe werd deze strook land vol met dode soldaten tussen de loopgraven genoemd?
Slide 42 - Open vraag
Slide 43 - Tekstslide
Slide 44 - Tekstslide
Slide 45 - Tekstslide
Leg uit hoe en waardoor de Verenigde Staten in 1917 bij de oorlog betrokken raakten.
Slide 46 - Open vraag
Chronologie-opdracht
1914
1915
1916
1917
1918
Eerste inzet van gifgas
Wapenstilstand ondertekend
Mislukking Von Schlieffenplan
VS verklaren de oorlog aan Duitsland
Slag aan de Marne
matrozen- en arbeidersopstanden in Duitsland
Slag aan de Somme
Duitse leger trekt België binnen
Moord op Frans Ferdinand
Wilhelm II treedt af en vlucht naar Nederland
Oostenrijk-Hongarije verklaart de oorlog aan Servië
Slide 47 - Sleepvraag
Schrijf minimaal 3 bepalingen uit het Verdrag van Versailles op.
