2.6 Cultuur in Nederland

2.6 Cultuur in Nederland
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

2.6 Cultuur in Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
-Verschillen in cultuur binnen Nederland
-Migratie en cultuur
-Veranderingen in de Nederlandse cultuur

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
-Jullie kunnen benoemen waar de taal en godsdienst verschillen in NL;

-Jullie kunnen de gevolgen van de komst van andere cultuurelementen in NL uitleggen;

-Jullie kunnen kaarten en grafieken over migratie en cultuur in NL uitleggen.

Slide 3 - Tekstslide

Regionale verschillen in taal en godsdienst

Slide 4 - Tekstslide

Verschillen in taal
-Twee officiële talen in NL: Nederlands en Fries

-In verschillende regio's spreekt men een ander dialect met eigen uitdrukkingen en accenten

-Immigranten spreken de taal van hun herkomstland

-Hoe verder een regio van het westen van NL ligt, hoe groter het verschil met het Algemeen Beschaafd Nederlands (ABN)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Verschillen in godsdienst
-50% heeft geen godsdienst in Nederland

-Andere helft grotendeels christen:
1.  Katholiek (paus & tradities belangrijk, meer in zuiden
2. Protestants (bijbel, meer in noorden))

-Klein deel in NL is Moslim, vooral in de grote steden

Echter neemt de kerkelijkheid af in heel NL!

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Migratie en cultuur

Slide 9 - Tekstslide

Migranten in Nederland
-10% van de mensen die in Nederland woont zijn migranten
-Afkomstig uit bijna alle landen in de wereld

Redenen: arbeid, studie, asiel, gezin

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Arbeidsmigranten
-Islamitische geloof door Turken en Marokkanen naar NL verspreid, daarom nu moskeeën in bijna elke gemeente

-Arbeidsmigranten wonen vooral daar waar werk is

-Arbeidsmigranten uit armere landen wonen vaak in buurten met goedkopere woningen, zodat ze meer geld overhouden

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Transnationale gemeenschap
=mensen met een migratieachtergrond onderhouden de banden met hun herkomstland

Slide 18 - Tekstslide

Een nieuwe Nederlander uit Turkije behoort tot de groep...
A
arbeidsmigranten
B
mensen uit vroegere kolonies
C
vluchtelingen

Slide 19 - Quizvraag

Een nieuwe Nederlander uit Suriname behoort tot de groep...
A
arbeidsmigranten
B
mensen uit vroegere kolonies
C
vluchtelingen

Slide 20 - Quizvraag

Arbeidsmigranten wonen vaak in wijken met...
A
dure woningen
B
goedkope woningen

Slide 21 - Quizvraag

De meeste nieuwe Nederlanders wonen in het...
A
noorden
B
oosten
C
zuiden
D
westen

Slide 22 - Quizvraag

Hoeveel procent van de inwoners van Nederland is in Nederland geboren?
A
70%
B
80%
C
90%
D
100%

Slide 23 - Quizvraag

Veranderingen in de Nederlandse cultuur

Slide 24 - Tekstslide

Twee tegengestelde ontwikkelingen in de Nederlandse cultuur

1. Homogenisering

2. Heterogenisering

Slide 25 - Tekstslide

1. Homogenisering
=er ontstaat meer culturele eenheid / de cultuurverschillen tussen gebieden nemen af

Door beter vervoer, de media en migratie verspreiden cultuurelementen zich over heel NL bijvoorbeeld carnaval


Slide 26 - Tekstslide

2. Heterogenisering
=er ontstaan nieuwe culturele verschillen

In grote steden leidt bijvoorbeeld het grote aantal mensen met een migratieachtergrond tot cultuurverschillen tussen wijken.

Slide 27 - Tekstslide

Segregatie
=als mensen met verschillende culturen in aparte wijken wonen


Slide 28 - Tekstslide

Islamisering
=het overnemen van cultuurelementen uit de islamitische wereld in de Nederlandse cultuur

Kleine kans want aantal moslims is 
gering net als de invloed van dit 
geloof op de cultuur


Slide 29 - Tekstslide

Leerdoelen
-Jullie kunnen benoemen waar de taal en godsdienst verschillen in NL;

-Jullie kunnen de gevolgen van de komst van andere cultuurelementen in NL uitleggen;

-Jullie kunnen kaarten en grafieken over migratie en cultuur in NL uitleggen.

Slide 30 - Tekstslide

Huiswerk
Maken opdrachten 2, 3, 4, 5 en 7 van paragraaf 2.6

Slide 31 - Tekstslide