Lezen 1.3 en 2.3 herhaling - 3 GT
1 / 27
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Wat lees je NIET als je een tekst verkennend leest?
A
titel en deeltitels
B
eerste en laatste alinea
C
de allinea's van de kern
D
de 1e zin van alle alinea's tussen inleiding en slot
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
Bij welk deel hoort de laatste alinea als daarin nog nieuwe informatie over het onderwerp wordt toegevoegd?
A
kern
B
slot
Slide 6 - Quizvraag
Bij welk deel hoort de laatste alinea als daarin een tekst wordt afgerond, bijvoorbeeld met een samenvatting of een conclusie.
A
kern
B
slot
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
De kernzin is altijd de belangrijkste zin van een alinea.
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quizvraag
De kernzin is altijd de eerste zin van een alinea.
A
waar
B
niet waar
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Tekstslide
Als je iets opzoekt op Google kun je er niet voor kiezen om alleen recente informatie te zien.
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Hoe noem je een tekst waarin uitleg gegeven wordt over een onderwerp, bijvoorbeeld over een onderzoek dat is gedaan of over oorzaken en gevolgen van een probleem?
A
nieuwsbericht
B
uiteenzetting
C
interviewverslag
D
handleiding
Slide 14 - Quizvraag
Hoe noem je een tekst waarin informatie gegeven wordt over een actuele gebeurtenis?
A
nieuwsbericht
B
uiteenzetting
C
interviewverslag
D
handleiding
Slide 15 - Quizvraag
Hoe noem je een tekst waarin verslag wordt gedaan van een vraaggesprek?
A
nieuwsbericht
B
uiteenzetting
C
interviewverslag
D
handleiding
Slide 16 - Quizvraag
Hoe noem je een tekst waarin wordt uitgelegd hoe je iets moet doen of gebruiken?
A
nieuwsbericht
B
uiteenzetting
C
interviewverslag
D
handleiding
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Tekstslide
Wat is NIET waar over objectieve informatie?
A
De schrijver is neutraal.
B
De schrijver van de mening speelt een rol.
C
De schrijver presenteert feiten.
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Tekstslide
Bij welke tekstsoort hoort een strip?
A
informatieve tekst
B
betogende tekst
C
activerende tekst
D
amuserende tekst
Slide 21 - Quizvraag
Bij welke tekstsoort hoort een advertentie?
A
informatieve tekst
B
betogende tekst
C
activerende tekst
D
amuserende tekst
Slide 22 - Quizvraag
Bij welke tekstsoort hoort een schoolboektekst?
A
informatieve tekst
B
betogende tekst
C
activerende tekst
D
amuserende tekst
Slide 23 - Quizvraag
Bij welke tekstsoort hoort een recensie?
A
informatieve tekst
B
betogende tekst
C
activerende tekst
D
amuserende tekst
Slide 24 - Quizvraag
Slide 25 - Tekstslide
Hoe noem je links die verwijzen naar een andere webpagina van een site?
A
externe links
B
interne links
