Verkeer oktober

VERKEER
VOORRANG
(oktober)
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerkeerLager onderwijs

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

VERKEER
VOORRANG
(oktober)

Slide 1 - Tekstslide

verbodsbord
aanwijzingsbord
gevaarsbord
gebodsbord

Slide 2 - Sleepvraag

Wat voor soort borden zijn dit?
Welke verschillen /
gelijkenissen hebben deze borden?
Welke borden herken je?
Waar heb je deze borden al eens gezien?

Slide 3 - Tekstslide

Voor wie gelden deze borden?

Slide 4 - Open vraag

Deze borden gelden enkel voor bestuurders. Dat wil zeggen fietsers, automobilisten, bromfietsers, motorijders. 

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht
Lees je woordkaart.
Denk na bij welk verkeersbord deze hoort.
Hang ze op de juiste plek als de juf zegt dat je dat mag doen.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Slide 9 - Tekstslide

Wie heeft voorrang?
A
auto
B
voetganger
C
fietser

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Wie heeft voorrang?
A
blauwe auto
B
gele auto
C
fietser

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Wie heeft voorrang?
A
blauwe auto
B
gele auto
C
fietser

Slide 14 - Quizvraag

Opdracht
Bingo
Er wordt een verkeersbord voorgesteld.
Gaat het over één op jouw blaadje? Duid het aan.
Roep BINGO als je 5 borden onder elkaar hebt aangeduid. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link