Waarheid les 2 - 2021 -


Lesdoelen

De 4 waarheidstheorieën
A/ Correspondentietheorie
B/ Coherentietheorie
C/ Pragmatische theorie
D/ Conventietheorie

JTB



1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les


Lesdoelen

De 4 waarheidstheorieën
A/ Correspondentietheorie
B/ Coherentietheorie
C/ Pragmatische theorie
D/ Conventietheorie

JTB



Slide 1 - Tekstslide

Correspondentietheorie:

-> Iets is waar; als het correspondeert (=overeenkomt) met de realiteit/feiten.
-> Gras is groen want gras is waarneembaar groen
-> De waarheid kan dus gecontroleerd worden.


Slide 2 - Tekstslide

Er zijn verschillende theorieën om de waarheid te benaderen.

Denk als: verschillende zijden van de Everest waarvandaan je de berg kan  beschrijven.

Slide 3 - Tekstslide

Zonder correspondentietheorie geen wetenschap.

Slide 4 - Tekstslide

Kritische vragen:

-> Wat is de realiteit dan?
-> Wat zijn feiten?
-> Is onze observatie
van de feiten betrouwbaar?
(Bv bij gras; ogen)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Coherentietheorie

-> Iets is waar;
  als het matcht met datgene dat we weten waar te zijn.
Het is dus coherent: het past bij elkaar.
Bv: er huppelt een roze konijn door het bos. We weten dat er geen roze konijnenrassen zijn. Dus dit is waarschijnlijk geen nieuwe soort maar bv geverfd.
-> Dus: als de bewering botst met andere zaken waarvan we weten dat zij waar zijn; dan is de bewering niet waar.


Slide 7 - Tekstslide

Bedenk in je groepje een coherente (=het klopt met overige waarheden)
maar absurde verklaring voor één of meer van de volgende zaken:
* De zon beweegt zich langs de hemel
* De aarde warmt zich op
* Honden zijn blij wanneer ze je zien; katten vaak niet
* Vaccins verminderen ziekenhuisopnames

Slide 8 - Open vraag

Pragmatische theorie

-> Iets is waar; als het nuttig is
Anders: iets is waar; als het werkt
Bv: ik voel me beter na het nemen van een medicijn; dus dit medicijn werkt (haar geneeskrachtige werking is waar)
> Hier kun je ook gebed invullen bijvoorbeeld.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Bespreek in je groepje onder welke categorie deze uitspraken vallen volgens jullie:
* Waar en nuttig * Waar maar niet nuttig
* Nuttig maar niet waar * Niet nuttig en niet waar 


Je moet niet met vreemden op straat praten/meegaan
Sinterklaas houd je altijd in de gaten
Na je  dood word je vergeten
Ik ben geniaal en zeer knap
Sommige werkwoorden zijn vrouwelijk
Mensen hebben een vrije wil
Mijn gevoel voor humor is ongeëvenaard
Als je maar hard genoeg werkt; wordt je succesvol

Slide 11 - Tekstslide

Conventietheorie

-> Iets is waar; omdat we het zo hebben afgesproken.
Bv: 2+2=4
Deze kleur is blauw.
Democratie is de beste staatsvorm (?)
Elk mens heeft recht op vrijheid en veiligheid.

Slide 12 - Tekstslide

Je kunt elke theorie van waarheid 
  zowel verdedigen als onderbouwen. 
Hieruit kunnen mensen twee (?)
 conclusies trekken:

A/ Relativisme
Alles is relatief: subjectief. Waarheid bestaat niet.

B/ Cubisme.
 Door verschillende perspectieven (theorieën van waarheid) te gebruiken; leer je steeds meer over de waarheid.
Waarheid kan benaderd worden.

Slide 13 - Tekstslide

"Waarheid is subjectief"
"Dat waarheid subjectief is; is een subjectieve bewering"
We weten dus niet dat waarheid subjectief is

Slide 14 - Tekstslide

Iets kan dus volgens een waarheidstheorie waar zijn; en door een andere theorie onderuit gehaald worden.

Dit hoeft niet te betekenen dat de bewering
 daarmee een leugen is. Dit betekent dat hij op 
andere manier waar kan zijn.

De vraag is: moeten we alle beweringen op
 dezelfde manier beoordelen?

 Mensenrechten, gelijkheid, 2+2=4 
Dit is waar of niet-waar afhankelijk van hoe je 'waarheid' definieert. 

Slide 15 - Tekstslide

Tot slot: Je hebt verschillende waarheidstheorieën nodig om de waarheid te benaderen. Je kunt niet de een boven de ander zetten.

Je benadert verschillend:
Bv: Ethische waarheden (moord is slecht)
Natuurkundige waarheden (water kookt bij 100c)
Pragmatische waarheden: een lief appje vóór je tentamen helpt


Slide 16 - Tekstslide