Imperfectum en perfectum

Werkwoord
Werkwoorden hebben een stam en een uitgang
De stam geeft de betekenis van het werkwoord,
de uitgang geeft extra informatie (signaal):
- persoonsuitgang
- gebiedende wijs
- infinitivus

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Werkwoord
Werkwoorden hebben een stam en een uitgang
De stam geeft de betekenis van het werkwoord,
de uitgang geeft extra informatie (signaal):
- persoonsuitgang
- gebiedende wijs
- infinitivus

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat kan in het middelste blokje staan?

Slide 4 - Open vraag

Imperfectum
Net zoals het Nederlands heeft het Latijn vormen voor de verleden tijd.

Het imperfectum (ik beminde, ik hield vast) en
het perfectum  (ik beminde / heb bemind, ik hield vast / heb vastgehouden). 

Slide 5 - Tekstslide

Gebruik van het imperfectum
Het imperfectum wordt in het Latijn vooral gebruikt om achtergrondinformatie bij een verhaal te geven, of om een situatie te beschrijven.


Slide 6 - Tekstslide

Bedenk een Nederlandse zin waarin – in de verleden tijd – een situatie beschreven wordt.

Slide 7 - Open vraag

Gebruik van het perfectum
In het Latijn wordt het perfectum gebruikt om belangrijke informatie (actie!)  in een verhaal te geven.

Je mag het als gewone verleden tijd  (ik liep) vertalen , of met behulp van 'hebben', (ik heb gelopen),

Slide 8 - Tekstslide

Bedenk een Nederlandse zin waarin – in de verleden tijd – een situatie én actie beschreven wordt.

Slide 9 - Open vraag

Imperfectum
Het imperfectum (ik beminde, ik hield vast) in het Latijn heeft tussen de praesensstam en de (persoons)uitgang een kenmerk:
 -(e)ba-

Daarachter volgen de persoonsuitgangen 


Slide 10 - Tekstslide

Imperfectum
De persoonsuitgangen van het imperfectum zijn:
-m
-s
-t
-mus
-tis
-nt


Slide 11 - Tekstslide

Welk verschil is er met de persoonsuitgangen die je al gehad hebt?

Slide 12 - Open vraag

boek
Zie p.61.

Slide 13 - Tekstslide

vertaal: audiebamus
audio, audire = horen

Slide 14 - Open vraag

vertaal: audiebam

Slide 15 - Open vraag

Onregelmatig
De werkwoorden  'esse' en 'posse' hebben een eigen verbuiging. Die moet je dus onthouden:

Slide 16 - Tekstslide

boek
p.62

Slide 17 - Tekstslide

Perfectum
Het perfectum, de voltooide tijd, heeft in het Latijn:

- een eigen stam  (de perfectumstam)
- eigen uitgangen voor de persoonsvormen én voor de infinitivus


Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Perfectum
Een Latijns werkwoord in het perfectum mag je op twee manieren vertalen: als imperfectum of met behulp van een voltooid deelwoord.

vb: spectavi = ik keek/ ik heb gekeken


Slide 21 - Tekstslide

vertaal: audivisti

Slide 22 - Open vraag

vertaal: ambulaverunt

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Perfectum
De -e vervalt in die gevallenhelemaal, en je ziet in plaats daarvan een -u staan.  Daarachter komen dan de uitgangen van het perfectum.

bv:  debeo wordt in het perfectum debu
         habeo wordt in het perfectum habui

Slide 25 - Tekstslide

vertaal: tenuistis

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide

Aparte gevallen
Esse en Posse hebben en aparte stam voor het perfectum
Die moet je kennen en herkennen:

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

welk woord is géén perfectum
A
venit
B
cepit
C
iussit
D
ducit

Slide 30 - Quizvraag

vertaal: respondimus (let op de i)

Slide 31 - Open vraag

vertaal: dixit

Slide 32 - Open vraag