3.3 De Oost en de VOC

3.3 De Oost en de VOC
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

3.3 De Oost en de VOC

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Waarvoor werd de VOC opgericht en hoe werkte de handelsmaatschappij?

Slide 2 - Tekstslide

Eigen zeeweg naar Indië
Sinds ontdekkingsreizen: via Afrika naar Azie. Brachten: specerijen, zijde, porselein en thee mee naar EU markt.

Antwerpen was de stapelmarkt van EU.
Antwerpen 1585 verovert door SP.
Gevolg: Amsterdam Stapelmarkt.

Rechtstreekse handel met Aziatische producten leverden meer op:
- NL op zoek naar eigen route.

Slide 3 - Tekstslide

  1. Jacob van Heemskerk en Willem Barentz 1596 via het Noorden van Europa.
  2. Staken in het ijs en overwinterde op Nova Zembla.
  3. Behouden Huys
  4. Willem Barentz overleefde de reis niet.
  5. Twee jaar later lukte het Cornelis de Houtman wel via het Zuiden

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

VOC
- Handelslui willen naar Azië, werken samen in compagnie. Veel concurrentie, gevolg: prijzen daalden. Geld juist hard nodig voor oorlog met SP: huurleger moest betaald worden.
(wapenen, voeden, kleden)

Van Oldenbarnevelt richt in 1602 VOC op.
Kamer in 6 Hollandse een Zeeuwse handelssteden: eigen scheepswerf, pakhuis en kantoor en huurde voor elk reis zeelui en soldaten.


Slide 6 - Tekstslide

 - Bestuur: Heren Zeventien, afgevaardigden van de kamers
- VOC had een handelsmonopolie in Azië:
Niemand anders mocht een handel beginnen in bijv. peper, zelfs bemanningsleden van de voc-schepen niet.
- VOC mocht ook oorlog voeren en verdragen sluiten met Aziatische vorsten..

Soldaten en kanonnen niet aanwezig voor zeerovers.

Slide 7 - Tekstslide

Aandelen VOC
  • Eerste bedrijf in de wereld
    dat aandelen uitgeeft.
  • Dividenduitkering: De winst van een bedrijf wordt uitgegeven aan aandeelhouders.
  • Mensen krijgen een deel van de winst!

Slide 8 - Tekstslide

Oorlog en handel
  1. Oprichting VOC ook tegen Spanjaarden en Portugezen die de route probeerde af te pakken
  2. Het gevaar begon al zodra de boten buiten Nederlands zeegebied was: Duinkerken (Toen Spaans-België)
  3. Duinkerkers kregen  kaapbrieven: bewijs dat ze aan kaapvaart deden (geen zeerovers)
  4. Handel en oorlog gingen hand in hand.

Slide 9 - Tekstslide

Jacarta werd Batavia
  1. Er viel veel te verdienen met handel in het oosten
  2. Wilde de VOC meedoen aan de handel, dan moesten ze langer aanwezig blijven --> handelsfactorijen.
  3. De juiste plek was Jacarta die werd omgedoopt tot handelsfort Batavia.
  4. Jan Pieterszoon Coen eerste gouverneur generaal


Slide 10 - Tekstslide

Handelsfactorijen (Handelsforten)
  • Japan, China, India, Arabië en Oost-Afrika hadden geen behoefte aan Europese producten maar wel aan vuurwapens!
  • De VOC stichtten op de kust langs de hele handelsroute naar Azië handelsfactorijen. Dat waren goed verdigbare handelssteunpunten.
  • In 1618 besloot Jan Pietersz. Coen dat Jacarta op Java, het centrale bestuur gevestigd zou worden. Hij liet de oorspronkelijke inwoners wegjagen en hun huizen verbranden.
  • Het handelsfort noemde men Batavia en dat werd een complete stad.
  • J.P. Coen was in Batavia de eerste gouverneur-generaal   en bleef er tot 1629.

Slide 11 - Tekstslide

Ruilen en kopen
  1. VOC verdiende veel geld met de interaziathische handel
  2. In china werd zijde, thee etc gekocht->verkopen in Japan voor zilver -> katoen in india -> specerijen in Indië -> terug naar Nederland
  3. Er werden geen grote gebieden veroverd: factorijen waren voldoende.
  4. Verdragen met Aziathische vorsten -> alleen handel met VOC

Slide 12 - Tekstslide

Massamoord op de Banda Eilanden
  • Contract met dorpshoofd: alleenrecht op nootmuskaat en foelie
  • Specerijen werden ook verkocht aan Engelsen en Portugezen
  • Banda werd met geweld veroverd. 
  • Grond/plantages werden verhuurd aan Nederlanders.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Huiswerk
maken opdrachten 3.3

Slide 16 - Tekstslide